Gewettigd, maar ook doeltreffend?
Dit sta voorop: de aanvallen op Afghaans grondgebied waren onvermijdelijk en zijn gerechtvaardigd. Gerechtvaardigd niet als wraakoefening, maar als vergelding. Zoals in een rechtsstaat elke misdaad door straf vergolden wordt, zo konden de aanslagen van 11 september op New York en Washington niet ongestraft blijven.
Deze prealabele vaststelling maakt evenwel geen einde aan de twijfel die overblijft en die uitgesproken mag worden. De aanvallen die vorige zondag begonnen, mogen onvermijdelijk en gerechtvaardigd zijn zijn zij ook een doeltreffend antwoord op het verschijnsel terrorisme? Is dit niet een hydra, waaraan, bij elke kop die haar afgeslagen wordt, twee nieuwe koppen ontspruiten? Stel dat Osama bin Laden, die geldt als de spin in het terroristische web, dood of levend in handen van de Amerikanen valt is daarmee een eind gekomen aan de terreur? Wie dat denkt, maakt dezelfde vergissing als die Nederlanders maakten die ruim vijftig jaar geleden dachten dat, als Soekarno eenmaal uit de weg zou zijn geruimd, de opstand in Indonesië ineen zou zakken.
Een even grote vergissing is het, n'en déplaise prins Willem-Alexander, te menen dat armoede aan de wortel van de terreur ligt en dat, als die eenmaal weggenomen is, de terreur vanzelf zal ophouden. Het is niet zozeer de armoede die de oorzaak is, als wel de vernedering. ‘Wij zijn groot en machtig, en zij zijn het niet. Zij voelen zich vernederd, uitgesloten, hoewel zij degenen zijn die op de olie zitten’, zei Bolkestein onlangs. Economische hulp, die nodig is en ook graag geïncasseerd wordt, heeft als keerzijde dat zij nog meer vernedert.
Vernederde massa's zijn doorgaans ontvankelijk voor de boodschap van een redder. Niet alleen in Azië. Ook vele Duitsers zagen, na Versailles en in de economische crisis van de jaren '30, uit naar een heiland. Maar in zekere zin is Bin Laden of welke andere profeet die eventueel in zijn plaats komt nog gevaarlijker dan Hitler. In de eerste plaats kon deze met militair geweld bestreden en ten slotte verslagen worden, maar dat zal met het islamitisch terrorisme niet zo gemakkelijk gaan.
Er is nóg een verschil. Miljoenen Duitsers waren bereid voor Hitler of hun vaderland te sterven en verlengden daardoor de oorlog, maar nu heeft het Westen te maken met een vijand die niet alleen bereid is te sterven voor zijn zaak, maar die zijn zelfmoord bewust, en zelfs graag, tot voorwaarde van zijn actie maakt.
Dit verschijnsel is een geheel nieuwe factor in de berekening, waarop het Westen geen antwoord heeft, want dat gaat er, zoals Hans Magnus Enzensberger in de krant van 22 september schreef, van uit ‘dat de drang tot zelfbehoud de leidraad van het menselijk leven is’. Welnu, dat blijkt niet universeel het geval te zijn. Heeft het Westen daar een antwoord op?
Op 11 september is, op een wijze die hijzelf waarschijnlijk niet voorzien heeft, het woord van de Franse socioloog-filosoof Raymond Aron bewaarheid: ‘Als de mens bereid is zijn leven voor zijn idealen op te offeren, dan is hij zeker nog meer bereid het leven van anderen op te offeren.’ Nu is, zoals gezegd, dat offer van eigen leven zelfs voorwaarde voor de dood van anderen geworden.
Als dat zo is, dan is het wapen dat gebruikt wordt, vrij onverschillig. Als het moeilijker wordt gemaakt vliegtuigen te kapen en op gebouwen te laten neerstorten, dan zijn er andere mogelijkheden, die geen grote organisatie behoeven om doeltreffend te zijn. Zoals The Economist van deze week betoogt, is slechts een kleine chemische of biologische aanval nodig om paniek te zaaien, en dat is juist het doel van de terrorist: ‘Paniek kan even verlammend werken als welk zenuwgas dan ook en besmettelijker zijn dan welk virus dan ook.’
Op dit gevaar zijn bommen op Afghanistan, hoe gerechtvaardigd ook, geen antwoord. Is dialoog met Bin Laden e.t.q. dan het antwoord, zoals irenische geesten hier steeds beweren? Maar fundamentalisten, waar ook ter wereld, zijn niet geïnteresseerd in dialoog met andersdenkenden, en Bin Laden wil hen zelfs uitroeien.
Natuurlijk weet ook de Amerikaanse regering dat bommen geen antwoord, geen voldoende antwoord althans, zijn. Zij moeten dan ook vooral dienen als waarschuwing aan landen die terroristen steunen of zelfs maar herbergen: ook dit lot kan jullie te wachten staan. Die landen hebben doorgaans meer te verliezen dan het doodarme en al vóór de Amerikaanse bommen grondig vernielde Afghanistan. President Bush zinspeelde op die mogelijkheid in zijn rede van zondag, en daags daarna stelde hij de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties ervan in kennis. Maar als hij de daad inderdaad bij het woord zou voegen en landen als bijvoorbeeld Irak zou bombarderen, dan kan de wereld uitbarstingen in de islamitische wereld verwachten waarbij vergeleken het geweld dat in Pakistan, Indonesië en de Filippijnen uitbrak na de eerste bombardementen, en waarbij zelfs gebouwen van de Verenigde Naties in brand werden gestoken, slechts kinderspel was. De coalitie van Aziatische landen die Bush gebouwd heeft om zijn optreden tegen Afghanistan mogelijk te maken, zou dan waarschijnlijk uiteenvallen. Het is zelfs de vraag of hij dan op zijn Europese bondgenoten zou kunnen rekenen.
Kortom, Amerika heeft gelijk, maar het moet om uit een kop boven een analyse van Mia Doornaert in De Standaard van 9 oktober te citeren ‘ook gelijk krijgen’.
NRC Handelsblad van 11-10-2001, pagina 9