Renversement des alliances?
Toen, bijna twaalf jaar geleden, de Berlijnse muur viel en het Sovjetblok vergruizelde, en zeker toen, twee jaar later, hetzelfde met de Sovjet-Unie zelf gebeurde, verloor de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie, die veertig jaar tevoren opgericht was om een aanval van het Sovjetblok te voorkomen, haar eigenlijke reden van bestaan.
Zeker, zij bleef bestaan, en even leek het alsof zij in 1999, met de oorlog tegen Servië, een nieuwe reden van bestaan had gevonden. Maar deze operatie was, hoewel tenslotte succesrijk, nauwelijks voor herhaling vatbaar. In elk geval kan het niet de bedoeling zijn geweest dat NAVO-troepen voor onbepaalde tijd, als een soort politieagenten, in Kosovo en straks misschien Macedonië gebonden blijven.
Zo'n open-ended missie kan bovendien gemakkelijk tot spanningen tussen de bondgenoten leiden. In Kosovo is dat, volgens een bericht in Der Spiegel van deze week, al het geval: de Amerikanen zouden hun Europse partners (behalve de Britten) belangrijke militaire informatie onthouden dan wel gemanipuleerd doorgeven. Geen goed voorbeeld van bondgenootschappelijke samenwerking.
In het licht van deze en andere spanningen tussen de Verenigde Staten en de Europeanen is een interview dat Condoleezza Rice, president Bush' veiligheidsadviseur, onlangs, na een bezoek aan Moskou, aan Associated Press heeft gegeven, interessant. Het is merkwaardig dat het in de media weinig belangstelling heeft gewekt in een seizoen waarin zij gewoonlijk dorsten naar elk druppeltje nieuws.
Nu de VS en Rusland geen ‘strategische tegenstanders’ meer zijn, is, zo zei Rice, zelfs Ruslands lidmaatschap van de NAVO niet meer uitgesloten. ‘Wij spreken hier’, vervolgde zij, ‘over een groter thema dan slechts de afweer van raketten en strategische wapens.’ Kennelijk zijn de VS bereid om met Rusland over meer te spreken dan een eventuele verkoop van rakettentechnologie teneinde Ruslands instemming met een Amerikaans antirakettenschild te krijgen.
Het is te vroeg om de volledige betekenis van Rice's uitspraak te vatten. In de eerste plaats moet blijken of Rusland gevoelig is voor zulke ideeën. De afkeer jegens de Amerikanen is nog, vooral onder de militairen, groot; en een status van een soort junior partner lacht de Russen, die zichzelf nog een grote mogendheid beschouwen, waarschijnlijk weinig toe.
Maar deze onzekerheid hoeft ons niet te beletten te gissen naar de bedoeling achter Rice's woorden. Laten we ons bepalen tot twee mogelijkheden. De eerste is dat de nieuwe regering in Washington inderdaad streeft naar een alomvattende overeenkomst met Moskou, een soort condominium zelfs. In die gedachte zou de NAVO wel een totaal andere functie krijgen, ja zelfs feitelijk overbodig worden. In elk geval zou in een NAVO waarvan Rusland lid is, de betekenis van andere NAVO-leden sterk verminderen. Nederlands permanente vrees voor een Europees condominium (Frankrijk-Duitsland) zou dan gedeeld worden door de andere Europeanen, maar dan gericht op een veel machtigere diarchie. Zo'n veiligheidsorganisatie zou bovendien de Verenigde Naties nog verder ontmannen, wat meer idealistische naties ervan zou vervreemden.
Het is dus moeilijk in te zien wat voor aantrekkelijks er voor de Europese leden zou zitten in een Russisch lidmaatschap van de NAVO. Ja, het zou wel eens het einde ervan kunnen betekenen. Of de Europeanen dan in staat zouden zijn een eigen veiligheidsorganisatie te scheppen per slot van rekening de voleindiging van het ideaal der Europese eenwording is natuurlijk de vraag.
Omgekeerd heeft de gedachte Rusland als (bijna) volwaardige partner te hebben, voor de Amerikanen veel aantrekkelijks. Ze zijn dan, gemeenzaam gezegd, grotendeels af van het eeuwige gezeur van vijftien of meer Europese bondgenoten, ieder met zijn eigen wensen en klachten. Dat de VN verder ontkracht zouden worden, is wel de minste van hun zorgen.
Maar zijn de culturele en andere banden tussen Europa en Amerika niet veel te groot en te innig dan dat zo'n renversement des alliances denkbaar is? Laten we ons hoeden voor illusies: het team van Bush jr. hijzelf uit Texas, zijn vice-president uit Wyoming lijkt weinig gevoelig voor dit soort overwegingen. Moeten we dan onze hoop vestigen op Colin Powell, de minister van Buitenlandse Zaken, en Condoleezza Rice? Zij zijn beiden zwarte Amerikanen, en hun sentimentele banden met Europa zijn, zo mogelijk, nog zwakker.
Dit is de ene betekenis die aan de woorden van Condoleezza Rice gehecht zou kunnen worden. De andere is dat zij, zichzelf welbewust van de bezwaren die zo'n Amerikaans-Russische alliantie zou kunnen hebben (niet alleen voor de Europeanen), deze suggestie heeft gelanceerd teneinde de Europese bondgenoten schrik in te boezemen, althans onder ogen te brengen dat de VS nog andere ijzers in het vuur hebben dan uitsluitend de alliantie met Europa.
Eerlijk gezegd, is het moeilijk te zeggen met welke van de twee interpretaties de samenwerking in de NAVO het meest gediend zou zijn.
NRC Handelsblad van 09-08-2001, pagina 7