Had Reagan dan toch gelijk?
Enkele jaren nadat hij president van de Verenigde Staten was geworden, deed Ronald Reagan de weldenkende wereld schrikken door de Sovjet-Unie het ‘evil empire’ (het rijk van het kwade) te noemen. Bracht hij daar de heilige ontspanning niet mee in gevaar? Welnee, vier jaar later was de Koude Oorlog afgelopen.
Ongeveer terzelfder tijd vergeleek bondskanselier Kohl Gorbatsjovs mooie woorden over perestrojka en glasnost met de propaganda van Goebbels. Opnieuw ontsteltenis bij de fijnbesnaarden overal ter wereld. Maar een paar jaar later sloten Kohl en Gorbatsjov elkaar herhaaldelijk in de armen. De Sovjet-Unie gaf het groene licht voor de Duitse hereniging en vond zelfs goed dat de NAVO zich over Oost-Duitsland uitstrekte.
De internationale politiek volgt dus andere wetten dan velen - zeker in ons domineesland - vinden dat bepalend moeten zijn. Zijn de resultaten er minder om? Wie, al dan niet achteraf, van mening is dat Reagans omschrijving van de Sovjet-Unie de plank niet zo ver missloeg, zal vinden van niet. Immers, het ‘rijk van het kwade’ is van de aardbodem verdwenen.
Dat Reagans benaming niet zo ver bezijden de werkelijkheid was moet, voor degeen die haar nog wat overdreven in de oren klinkt, wel duidelijk worden door het boek dat in Frankrijk hevige debatten heeft ontketend: Le livre noir du communisme: crimes, terreurs, répression, een 830 bladzijden dikke inventaris van de slachtoffers die het communisme heeft geëist.
Daarvan komen, grosso modo, 20 miljoen op rekening van de Sovjet-Unie, 65 miljoen op die van China, 2 miljoen op die van Noord-Korea, 1 miljoen op die van Vietnam, terwijl het kleine Cambodja (ongeveer 6,5 miljoen inwoners) verhoudingsgewijs de kroon spant: 2 miljoen.
Het boek heeft, zoals gezegd, hevige debatten ontketend. In de eerste plaats tussen de redacteuren zelf van het boek. Sommigen hunner hebben zich gedistantieerd van de inleiding tot het boek, die de historicus Stéphane Courtois (zelf, zoals andere redacteuren, oud-communist) geschreven heeft.
Zo vindt Nicolas Werth, die het hoofdstuk over de Sovjet-Unie voor zijn rekening genomen heeft, dat het totale aantal van 100 miljoen slachtoffers waartoe Courtois komt, overdreven is. Hij komt zelf tot een gemiddelde van 79 miljoen. Wat maakt het - uit een moreel oogpunt welteverstaan (wij spreken immers over ‘het kwade’?) - uit?
Belangrijker zijn de meningsverschillen over de vraag of die massamoorden - waardoor die van het nationaal-socialisme, getalsmatig, in de schaduw worden gesteld - behoren tot het wezen van het communisme. Courtois vindt van wèl, terwijl anderen van mening zijn dat het communisme van oorsprong een menslievende en edelmoedige ideologie is. Die misdaden zijn dus, in hun ogen, aberraties.
Kun je inderdaad van aberratie spreken wanneer die misdaden zo systematisch en op zo'n schaal in communistische landen voorkomen? Voor de slachtoffers maakt het in elk geval niet uit of ze nu door een in wezen edelmoedig dan wel door een in wezen misdadig systeem vermoord of uitgehongerd zijn (want ook de slachtoffers van - dikwijls gewilde - hongersnoden vallen onder die aantallen). Dat Lenin en niet (zoals door apologeten vaak beweerd wordt) Stalin met massale terechtstellingen en uithongering begonnen is, maakt Werth in zijn hoofdstuk duidelijk. Trouwens, Karl Marx zelf vond sommige Slavische volken, zoals de Kroaten, opofferbaar (de Polen daarentegen niet). Die meedogenloosheid - niet alleen ten aanzien van enkelingen, maar ten aanzien van hele groepen - zat er dus van het begin af aan in.
Een ander punt waarover de meningen verschillen, is de vraag of het communisme vergeleken mag worden met dat andere moorddadige systeem van deze eeuw, het nationaal-socialisme. Courtois meent dat zo'n vergelijking geoorloofd is, en het is in 't bijzonder deze passage in zijn inleiding die de woede van anderen heeft gewekt: ‘Het is hier dat de “klasse”-genocide aansluit bij de “rasse”-genocide: de bewust uitgelokte hongerdood van het kind van een Oekraïense koelak door Stalins regime is evenveel “waard” als de bewust uitgelokte hongerdood van een joods kind in het getto van Warschau door het nazi-regime. [...]
De feiten tonen aan dat de communistische regimes misdaden hebben begaan waarvan ongeveer 100 miljoen mensen het slachtoffer zijn geworden, tegenover 25 miljoen slachtoffers van het nazisme. Deze simpele constatering nodigt op z'n minst uit tot een vergelijkende studie [...].’
Het zijn niet alleen de Franse communisten die hiertegen protesteren. Zij immers zien hun partij als de drijvende kracht achter het verzet tegen de Duitse bezetter - en vanaf juni 1941, de dag waarop Hitler de Sovjet-Unie binnenviel, met zeker recht. Die vergelijking stuit ook ex-communisten, die nog een zeker gevoel van eigenwaarde willen overhouden aan de tijd dat zij communist zijn geweest, tegen de borst.
Het is waar dat Courtois in de geciteerde passage geen verschil maakt tussen enerzijds de Duitse kampen die opgezet waren om hele groepen te vernietigen (hij spreekt dan ook niet van Auschwitz, maar van de hongerdood van een kind in het Warschause getto) en anderzijds de Russische kampen, die in beginsel werkkampen waren, al vielen daar ook miljoenen slachtoffers als gevolg van honger, uitputting of kou.
Evenals andere verschillen tussen de twee systemen, moet de wetenschap ook dit verschil zeker meewegen in de vergelijking. Ja zeker: vergelijking, want waarom zouden die systemen niet met elkaar vergeleken mogen worden? Vergelijken is iets anders dan gelijkstellen. Maar opnieuw: maken die verschillen moreel iets uit?
NRC Handelsblad van 18-11-1997, pagina 9