Een gekke vent die niet gek was
We hadden bij vrienden gegeten. Daar waren ook vrienden van die vrienden bij geweest. Mijn vrouw had naast de heer X gezeten. Op de terugweg wisselden wij onze ervaringen uit. Mijn vrouw zei: “Die X, dat is wel een gekke vent.” “Ja”, beaamde ik, 't is geen gekke vent.’ Pas later werden we ons bewust van deze schijnbare tegenspraak.
Zouden er in de Nederlandse taal meer voorbeelden zijn waarin voor het ene en zijn tegendeel hetzelfde woord gebruikt kan worden? Vooralsnog behoren niet het minst en niet in het minst daar nog niet toe, hoewel het laatste (= helemaal niet) vaak in de betekenis van het eerste (= vooral, niet in de laatste plaats) gebruikt wordt. Recente voorbeelden:
‘François heeft van alle kanten kritiek gekregen, niet in het minst vanuit de omliggende gemeenten, omdat hij zijn dorpelingen niet in de hand heeft gehouden bij hun vuilspuiterij.’ Dus: François heeft niet in het minst kritiek uit de omliggende gemeenten gekregen?
‘De Japanse keuken is de laatste jaren erg populair in Nederland, en niet in het minst bij mij thuis.’ Dus: de Japanse keuken is niet in het minst populair bij mij thuis?
‘Zijn aimabele en markante persoonlijkheid - en niet in het minst zijn gevoel voor humor - gaf ons altijd het gevoel niet alleen familie, maar ook een echte vriend van hem te zijn.’ Dus: zijn gevoel voor humor gaf ons niet in het minst het gevoel een echte vriend van hem te zijn?
In deze drie gevallen was waarschijnlijk niet het minst bedoeld. Zolang niet afgesproken is dat niet in het minst = niet het minst, blijf ik dit curieuze gebruik noteren. Andere taaleigenaardigheden die de laatste twee maanden onder mijn aandacht kwamen:
‘Phloxen plant je aan voor de kleur, voor de bloem - en niet in het minst voor de neus.’ Stinken phloxen dan zo?
‘Vorige zomer waagden veertig voormalige Fokkerwerknemers de sprong naar de westkust van Amerika, na uitgebreid het hof te zijn gemaakt door Boeing.’ Niet zij werden het hof gemaakt, maar hun werd het hof gemaakt. Dus deze constructie kan eigenlijk niet.
‘De editeur heeft daar ongetwijfeld noest naar gezocht, maar hij verzuimt daar verslag van te doen, evenmin als van zijn keuze van het beginpunt van het tweede jaar van Starings studietijd.’ Moet zijn: evenals van zijn keuze..., want het slaat op verzuim.
‘De bouw wacht drukke jaren!’, verkondigt de omslag van het beleggersblad van een grote bank. Bedoeld was: wachten drukke jaren.
‘“Schuldslaven” wachten een wisse dood.’ Bedoeld is: wacht een wisse dood.
‘In werkelijkheid daalt de oplage en bedreigt het vergrijsde lezersbestand het voortbestaan van de krant.’ Het is niet het vergrijsde lezersbestand dat het voortbestaan van de krant bedreigt - ze mag blij zijn dat ze dié lezers tenminste nog heeft - maar de vergrijzing van het lezersbestand.
‘Henk de Ridder is jarenlang een aanwinst voor de Haagsche Courant.’ Kun je jarenlang een aanwinst blijven?
‘Zij was dan ook - zeer uitzonderlijk - een van de meer dan duizend gasten die in 1994 afscheid van hem namen.’ Als je een van de meer dan duizend bent, ben je toch niet zo'n uitzondering? Maar misschien was het een uitzondering dat zij op recepties kwam, maar dat staat er niet.
‘Ook speelde hij - als het even kon dagelijks - uren piano.’ Dat even lijkt mij op gespannen voet te staan met uren.
‘De officier van justitie acht bewezen dat F. vorig jaar onder dwang gemeenschap heeft gehad met de vrouwen tijdens fotosessies in zijn woning.’ Wie had gemeenschap onder dwang: F. of die vrouwen?
‘Dit is een van de dingen die mij bezighoudt.’ Waar slaat die op? Niet op dingen, want dan zou het bezighouden zijn. Ook niet op een verzwegen ding, want dan zou het dat zijn.
Idem: ‘De leerlooierij van het stadje Venianim is een van de vele Russische bedrijven die geen belasting wil betalen.’
‘Uiteindelijk werd hij in 1884 hoogleraar strafrecht in Groningen, maar niet nadat koning Willem III extra lang had nagedacht over de benoeming.’ Werd hij dus tot hoogleraar benoemd voordat (= niet nadat) de koning extra lang had nagedacht? Bedoeld is waarschijnlijk: niet dan nadat.
‘De herinnering blijft en kunnen we ons als voorbeeld stellen.’ Zelfde constructie als: hij blijft en kunnen we ons als voorbeeld stellen.
Idem: ‘Antischimmelmiddelen zijn niet erg giftig en kunt u gerust - in beperkte mate - spuiten.
Idem, maar dan omgekeerd: ‘Zij wisten dat de kans bestond dat zij hun familiebanden in het Westen moesten opgeven voor veiligheid in de DDR, een land dat weinigen kenden en geen bijzonder goede naam had.’
‘Je hebt mensen die erop uit zijn de nummer één te willen zijn.’ Dubbelop, want als je op iets uit bent, wil je.
‘Onbegrip over de missende brief technolease.’ Wie mist die brief?
‘Nu de eenwording van Europa een politiek feit zal worden, lijkt het gedaan met het theater.’ Iets wat aan het worden is (bijv. eenwording) is geen feit, en als de eenwording een feit geworden is, is zij geen eenwording meer. Beter: nu de eenheid van Europa een politiek feit zal worden...
‘De kritiek die ze kreeg bij de IRT-enquête en na de gouden handdruk voor procureur-generaal Van Randwijck heeft haar zeer gedaan, maar ook gehard.’ Hier is haar zowel in derde als in vierde naamval gebruikt.
Idem: ‘...dan zou hij hen van begin af aan de mond hebben gesnoerd en met stevige richtlijnen tot een loyale medewerking aan de zegeningen van de nieuwe belastingconstructie hebben gebonden.’
‘Bij een feest in het Spaanse dorp Villardesfrades is vorig weekeinde een koe overleden nadat jongeren hem voor een enthousiaste menigte dwongen vijf liter whisky te drinken.’ Ik weet wel dat het geslacht van zelfstandige naamwoorden er steeds minder toe doet, maar geldt dat ook voor koe?
Straks dan ook voor vrouw en moeder.
‘Er gold al langer een quotering voor textiel uit China en dus nu ook voor schoenen die ten dele uit textiel bestaan.’ Het langer geldt voor textiel, maar niet voor de schoenen. Beter: de quotering geldt nu dus ook voor schoenen.
‘Van den Heuvel beschrijft deze en nog tal van andere gebeurtenissen met een licht spottende ironie.’ Is lichte ironie niet al voldoende?
‘Mijn betovergrootvader en mijn overgrootvader waren predikanten’ (eigen werk). Een lezer schrijft mij dat dit predikant moet zijn. Dat lijkt mij inderdaad beter, maar is predikanten per se fout?
NRC Handelsblad van 20-06-1997, pagina 7