Fietsend op een paard
Wanneer ik in mijn ongeregeld verschijnende taalrubriek talige eigenaardigheden signaleer, betekent dat niet noodzakelijkerwijs dat ik er ook kritiek op heb. Zo meen ik dat het onderscheid tussen eerste, derde en vierde naamval steeds meer vervaagt. Als dat juist is, is dat een interessante ontwikkeling, die het signaleren waard is - zonder dat daar onmiddellijk kritiek achter gezocht hoeft te worden. Een paar voorbeelden uit de laatste tijd:
‘Dit zeggen diplomaten in Brussel en is ook de stellige overtuiging van fractievoorzitter Tindemans.’ Zelfde constructie als: Jan groette ik en negeerde mij.
‘Dit boek is doordrenkt van theorie en kan men daarom waarderen als een poging de bedrijfsgeschiedenis op te heffen uit de elementaire staat van descriptie.’ Zelfde constructie als: Jan negeerde mij en groette ik.
‘De raad is haar (sic) beslissingsbevoegdheid ontnomen en gedegradeerd tot adviesorgaan.’ Zelfde constructie als: Mij bevalt dit niet en loop door. Idem: ‘Brazilië hoopt zijn economie te hervormen en nieuw leven in te blazen.’ En: ‘Clarke verliest zijn energie aan een secretaresse die hem de godganse dag koeioneert, de les leest en in alles de baas is.’
Andere eigenaardigheden uit de laatste tijd:
‘Toen Gonsalves begin jaren zestig in Roermond als officier van justitie solliciteerde, is alles ter sprake gekomen.’ Als hij toen al officier van justitie was, waar solliciteerde hij dan naar?
‘En bovendien behoort het meisje van Yde tot een veel grotere groep van veenlijken die op gewelddadige wijze om het leven is gebracht.’ Kunnen lijken om het leven worden gebracht?
‘Rusland ligt jaren achter op Tsjechië, Polen en Hongarije. Zo vergaat de roem van de eenmalige superpower.’ Ehemalig? Voormalig?
‘Belangrijke fossiliserende factor is de urine van de packrat zelf dat de verschillende onderdelen aan elkaar vastkit.’ Waar slaat dat dat op?
‘Hij zwaait de scepter over het beheer van het terrein.’ Niet over het terrein zelf?
‘Fietsend door de polder daagde vanuit de verte een jonge vrouw op, gezeten op een glanzend paard.’ Fietste ze op een paard?
‘Een andere notitie, waarin gewaarschuwd werd dat er in het bestek sprake was van “inferieur broddelwerk”, bereikte hem nooit.’ Kan broddelwerk iets anders dan inferieur zijn?
‘Als we nu eens kijken naar de auteurs die wèl en zij die niet door de beugel van Greshoffs zegsman kunnen...’ Kijken naar zij?
‘De verwachting zal ook zijn dat een kwalitatief hoogwaardige patiëntenzorg zal ontstaan voor zij die het betalen kunnen.’ Patiëntenzorg voor zij? (Bovendien: ligt kwalitatief niet al in hoogwaardig besloten?)
Nu het omgekeerde: ‘Niemand zag eruit als haar, sprak als haar, schreef als haar. Jackie zou liever gewoon haarzelf zijn geweest.’ Te letterlijke vertaling uit het Engels?
‘Kruyskamp sterft op 6 april 1990, een van de laatste neerlandici die op bijna alle deelgebieden van de neerlandistiek goed thuis was.’ Zou Kruyskamp ook was geschreven hebben?
‘In Duitsland is de wachttijd voor sommige middelen half zo lang dan in Nederland.’ Hypercorrectie, geschreven door iemand die gehoord heeft dat beter dan beter is dan beter als en die regel dan overal toepast waar als hoort te staan.
‘Ook kunt u - mits geopend - terecht in de parkeergarage van het MInisterie van Binnenlandse Zaken.’ En als ik toevallig eens dicht ben?
‘Dat Brinkman concludeert dat het CDA “wel degelijk blijft meetellen” is op geen enkel feit gestoeld, slechts op optisch bedrog.’ Dat Brinkman dit concludeert is wel degelijk een feit. Dat het CDA blijft meetellen misschien niet.
Idem: ‘Toch is het onzin dat Bolkestein maar blijft roepen dat mislukking nog tot de mogelijkheden behoort.’ Dat hij dit blijft roepen is geen onzin; wèl misschien dat mislukking nog tot de mogelijkheden behoort.
‘Hoewel geschokt, kwam de dood van Tinbergen voor hem niet onverwacht.’ Was die dood gschokt?
‘De bezoekers luisteren naar de sprekers, die op het gemak kunnen vertellen dat zij het beste met de ouderen voor hebben.’ Kunnen ze dat alleen maar op het gemak vertellen?
‘Niet iedereen die hier tijdelijk komt moet dezelfde voorzieningen geboden worden.’ Wie of wat wordt of worden geboden? Iedereen of de voorzieningen?
‘Aan de vrije val van de defensie-uitgaven moet een einde komen. Er zijn daarvoor zwaarwegende argumenten. De eerste betreft de internationale en vooral Europese veiligheidssituatie.’ De eerste argument?
‘De Veiligheidsraad noch het VN-secretariaat blijkt onvoldoende opgewassen tegen de grote uitdagingen die op veiligheidsgebied aan de volkerenorganisatie worden gesteld.’ Zij ze nu wel of niet voldoende opgewassen?
‘Bomhoff kennende zal het niet zijn bedoeling zijn het CPB met onjuiste informatie in diskrediet te brengen.’ Wie kent Bomhoff?
‘Ik vind dat wij, mijzelf niet uitgezonderd, in de afgelopen jaren alleen over economie gepraat hebben en te weinig over vrede en veiligheid.’ Waarom mijzelf en niet ikzelf?
‘Beel heeft in zijn memoires die geheimzinnigheid verdedigd, maar met de jaren zou de weerstand daartegen groeien, niet in het minst bij de parlementaire pers.’ Merkwaardig: bij de pers groeide de weerstand tegen die geheimzinnigheid niet in het minst (= helemaal niet). Of was het omgekeerde bedoeld: niet het minst (= niet in de laatste plaats, vooral)?
Idem: ‘Hij zag dan meer in het mannelijke, stoere Duitsland, niet in het minst door de beleden stamverwantschap tussen de Germaanse volkeren.’ Ik zal pas ophouden met het signaleren van deze verwarring als we de afspraak maken: niet in het minst = niet het minst.
‘Dit programma zal worden voorgelegd aan de Tweede-kamerfracties van PvdA, CDA, VVD en D66, teneinde vervolgens te kunnen vaststellen welk kabinet kan worden gevormd...’ (mededeling van het Kabinet der Koningin). Wie moet vaststellen? Het programma?
NRC Handelsblad van 12-07-1994, pagina 7