Eerherstel voor C. Bellaar Spruyt
Eerherstel voor de neokantiaanse wijsgeer C. Bellaar Spruyt (1842-1901). Waarom? In mijn artikel van 26 januari jl. meende ik hem op een taalfout betrapt te hebben. In een brief aan Bolland had hij geschreven: ‘In de hoop dat, al heb ik U zeker slechts ten deele voldaan en misschien wel reden tot groote ergernis gegeven...’ De fout zat 'm, meende ik, hierin dat hij hetzelfde woord (U) eerst in de vierde, dan in de derde naamval had gebruikt.
Maar wat blijkt? Dat voldoen, onovergankelijk gebruikt, wel degelijk de derde naamval beheerst. Zo staat het ook in Van Dale, die ik deze keer niet had geraadpleegd. Bellaar Spruyt treft dus geen blaam. (Overigens had ik hem, eveneens ten onrechte, C.B. Bellaar Spruyt genoemd. Bellaar was zijn tweede voornaam, die later bij de familienaam getrokken is. En als ik helemaal precies was geweest, had ik niet Spruyt, maar Spruijt geschreven, want werd hij in de burgerlijke stand van Kockengen ingeschreven.) Allemaal niet erg belangrijk, maar toch aardig.
Geldt hetzelfde voor deze zin: ‘Wilde die onbekende ambtenaar zijn minister helpen of een kool stoven?’ Met andere woorden: beheerst helpen, onovergankelijk gebruikt, ook de derde naamval? Zo ja, dan is die zin goed. Van Dale zegt er bij helpen niets over. (In het Duits beheerst helfen de derde naamval.)
Nu ik het toch over naamvallen heb: in mijn artikel van 26 januari stelde ik de vraag: ‘Worden op school eigenlijk nog wel de naamvallen geleerd?’ Dat is ook niet nodig, zo werd mij van kennelijk taalkundige wijze geantwoord, want welk kind zal ik-mij, hij-hem, zij-haar verwisselen? Maar, zo gaat de schrijver door, ‘u bedoelt iets anders dan u zegt: “leren kinderen op school nog wel de zinsdelen (zoals onderwerp, meewerkend en lijdend voorwerp) onderscheiden?”
Waar het om gaat is dit: het woord naamval duidt de vorm, niet de functie aan die een naamwoord of lidwoord heeft in een zin. De zondaars op dit gebied bevinden zich overigens in goed gezelschap. Nijhoff zegt in Het kind en ik: “Het woord onder de griffel/herkende ik, was van mij.”’ Uit één en ander blijkt, eens te meer, dat ik geen taalkundige ben, slechts een taalliefhebber.
Andere taaleigenaardigheden die mij de laatste tijd onder ogen zijn gekomen:
‘De aanvankelijk lastige, maar onschuldige kriebel-in-de-keel neemt langzaam maar zeker vervelende vormen aan, niet in het minst door de geforceerde pogingen om de kriebel weg te werken.’ Gelukkig dat die geforceerde pogingen helemaal niet (= niet in het minst) schuldig zijn aan die vervelende vormen. Of is bedoeld: niet het minst?
‘In 1989 heeft hij op het punt gestaan lid te worden van de communistische partij, maar tegen het einde van dat revolutiejaar heeft hij zijn lidmaatschap geannuleerd.’ Als hij alleen maar op het punt heeft gestaan lid te worden, wat viel er dan te annuleren?
‘Ongetwijfeld zal ik woorden gesproken hebben die u wellicht gerriteerd of zelfs geërgerd hebben.’ Is er verschil tussen irriteren en ergeren?
‘Al wandelend breekt het ijs.’ Wandelt het ijs?
‘De bekende Couperusbiograaf, aan wie tevoren de tekst werd overlegd.’ ‘Maar de Duitse parlementariër had ook na twee weken de documenten nog niet overlegd waaruit de waarheid zou kunnen blijken.’ Er is verschil tussen overleggen en overleggen. In beide hier genoemde voorbeelden is het tweede bedoeld. Dus: niet overlegd, maar overgelegd.
‘Na een nacht cel werden ze vrijgelaten - maar niet nadat ze elk tien mark boete hadden betaald.’ Werden ze dan vrijgelaten voordat ze die boete hadden betaald? Of is bedoeld: niet dan nadat?
‘Volgens Moszckovicz is zijn cliënt in ieder geval eigenaar van geen van de in beslag genomen auto's.’ Kun je eigenaar van niets zijn?
‘Laatste dagen van de filmkeuring zijn geteld.’ Het is òf: de laatste dagen van de filmkeuring; òf de dagen van de filmkeuring zijn geteld.
‘...dat Californië zijn ambitie om een zo breed mogelijk scala van wijnen te willen maken, moet laten varen.’ Willen is overbodig, ligt al in ambitie besloten.
‘Dit licht is in de hele schepping in meer of mindere mate te vinden.’ Ook in meer mate?
‘Als het niet vriest, kunnen de soorten die van de droogte te lijden hebben, water gegeven worden.’ Kan het water gegeven worden of kunnen de soorten gegeven worden?
‘Oekraïne wil in Den Haag schuld krijgen.’ Uit de eerste alinea onder deze kop blijkt heel iets anders: ‘Oekraïne wil het geschil met Rusland over de verdeling van de buitenlandse schuldenlast van de voormalige Sovjet-Unie voorleggen aan het Internationaal Gerechtshof in Den Haag.’
‘Afkomstig van een kapper in Aerdenhout nam Rijk, een geboren Zeeuw, de zaak in Den Haag over.’ Kan een Zeeuw afkomstig zijn van een kapper in Aerdenhout? 't Kan natuurlijk, maar is het in dit geval ook zo bedoeld?
‘Sloop van oude panden in Brussel, voor de bouw van nieuwe hotels.’ Nu, oude hotels zullen wel niet gebouwd worden.
‘Alleen de neerlandici, de historici en de rechtskundigen hebben het voorrecht in het Nederlands te mogen publiceren zonder zich te hoeven schamen.’ Als ze het voorrecht hebben, is mogen overbodig.
‘Empirisch gaat hij na wat de volmaaktste mens over God Zelf zegt.’ Kan iets nog volmaakter zijn dan volmaakt?
‘Mühsam is een van de eersten die in Hitlers concentratiekamp is vermoord. Al wandelend in de mooie winterkou heb ik aan hem gedacht en dus misschien geëerd.’ Heb ik aan hem geëerd? (In de eerste zin zit trouwens ook een fout.)
‘Zwangerschapsdiabetes wordt gekenmerkt door een gestoorde glucosetolerantie tijdens een zwangerschap die verdwijnt na de bevalling.’ Als er een komma had gestaan na zwangerschap, zou de zin minder gek hebben geklonken.
‘In navolging van het verkorte persbericht zenden wij u hierbij het overzicht van de plaatselijke premières.’ In vervolg op?
In de Internationale Spectator zag J.J.C. Voorhoeve onlangs mogelijkheden voor een ‘nauwe samenwerking’ tussen Nederland en een ‘autonoom buitenlands beleid’ voerend Vlaanderen. De Vlaamse commentator Manu Ruys noemde dit een, ‘gelet op de mentaliteit in 's-Gravenhage, merkwaardig oordeel’. Waarop ik schreef (26 februari): ‘Dat is het inderdaad, en daarom doen de Vlamingen er goed aan zich er niet al te veel illusies over te maken.
Achteraf bedacht ik dat Manu Ruys en ik waarschijnlijk een verschillende waarde toekennen aan merkwaardig. Voor mijn gevoel is het bijna synoniem met ongewoon. Vandaar mijn reactie. Bij de Vlamingen heeft het de eigenlijke betekenis behouden van opmerkelijk. Als ik het ook zo had opgevat, zou ik waarschijnlijk anders hebben gereageerd (al zou de zin van mijn reactie dezelfde zijn geweest). Van Dale noemt merkwaardig, zoals door mij gebruikt, een spreekterm, betekenend: bijzonder (in ongunstige zin), raar. Twee volken gescheiden door één taal - zoals Bernard Shaw van de Engelsen en de Amerikanen zei?
NRC Handelsblad van 02-03-1993, pagina 9