Geïllustreerde flora van Nederland

Handleiding voor het bepalen van de naam der in Nederland in het wild groeiende en verbouwde gewassen en van een groot aantal sierplanten

[p. 607]

Sterrekroosfamilie.
Callitrichaceeën, Callitrichaceae.

Waterplanten met kruiswijs geplaatste blaadjes en bloempjes, bestaande uit één meeldraad of uit één stamper of beide. Vruchtbeginsel vierdeelig. Vrucht een splitvrucht.

Geslacht: Sterrekroos, Callitriche.

Alle soorten blijven 's winters leven. Alleen de landvormen, die zich vaak op vochtige plekken aan oevers ontwikkelen, sterven dan af.

1

a.	De bovenste blaadjes vormen geen rozet, alle bladeren ondergedoken, zeer smal (lijnvormig) met ietwat breederen voet. Geen schutbladeren onder de bloemen. De stijlen vallen af. Vrucht met breede vleugels. Juli-October. z. ♃ Herfststerrekroos, C. autumnalis
b.	De bovenste blaadjes vormen meestal een rozet, bladeren niet smaller dan de bladvoet.	2

2

a.	Stempels zeer lang, teruggeslagen en spoedig afvallend; vruchtjes bijna rond, de deelvruchtjes smal gevleugeld. Juni-September. z. ♃ Haaksterrekroos, C. hamulata
b.	De stempels blijven aan de vrucht of vallen eerst kort voor 't rijpen af en zijn dan daarvóór niet teruggeslagen.	3

[p. 608]

3

a.	Vruchtjes niet met scherpe kanten, afgerond. Fig. blz. 607. z.z.z. ♃ Stomphoekig Sterrekroos, C. obtusangula
b.	Vruchtjes gekield, d.i. met lijsten op de kanten.	4

4

a.	Alle bladeren ongeveer gelijk van vorm, vrucht bijna rond, schutblaadjes onder de bloempjes sikkelvormig. Juni-Oct. ♃ Moerassterrekroos, C. stagnalis
b.	Onderste bladeren lijnvormig, bovenste langwerpig eivormig, naar den top 't breedst (omgekeerd-eirond).	5

5

a.	Vruchtjes rond met blijvende stempels; een variëteit van de vorige soort. ♃ C. stagnalis platycarpa
b.	Vruchtjes langwerpig, de stempels vallen af kort vóór 't rijpen. Schutblaadjes weinig of niet gebogen. Mei-October. ♃ Voorjaarssterrekroos, C. verna