Levermossen.
Hepaticae.
De levermossen groeien òf als lapvormige, uitgeschulpte massa's (zie fig. 1-4), òf als meestal zeer dicht bebladerde, liggende stengeltjes (fig. 5-10). In 't laatste geval staan bijna altijd de bladeren in twee rijen, terwijl meestal bij goed toezien aan de onderzijde van den stengel nog een derde rij van zeer kleine blaadjes kan worden ontdekt. Gewoonlijk vertoonen ze in 't begin van het voorjaar hun sporendragers: vierkleppige doosjes op lange of korte steeltjes. Die springen open en dan komt er te voorschijn een massa sporen, vermengd met veerkrachtige draden. Deze sporendoosjes hebben zich ontwikkeld uit een cel, de eicel, die bevrucht is door zwermdraden (spermatozoïden) die voortgebracht worden door kleine bolvormige organen, die antheridiën heeten. Deze antheridiën en ook de organen die de eicel bevatten (de archegoniën), zijn bij het Steenlevermos (fig. 1) gemakkelijk te vinden, doordat ze daar aan gesteelde tafeltjes zitten.
Eenige van onze belangrijkste levermossen zijn:
1. | Steenlevermos, Marchantia polymorpha, op steenen binnenplaatsen en op vochtigen leemgrond; a. plant met antheridiëndragers; b. plant met archegoniëndrager; c. een schoteltje met broedknoppen. |
2. | Fleschjesmos, Blasia pusilla, langs greppels en beken. |
3. | Gewone Pellia, Pellia epiphylla, langs dezelfde plaatsen. |
4. | Kegelmos, Fegatella conica, op dezelfde plaatsen. |
5. | Gewoon Roestmos, Frullania dilatata, op boomstammen. De zijdelingsche blaadjes hebben een urnvormige plooi en daarin woont bijna altijd een klein raderdiertje. |
6. | Schijfjesmos, Radula complanata, op boomstammen, de zijdelingsche blaadjes dragen wortelhaartjes aan de onderzijde. |
7. | Veermos Ptilidium ciliare, de blaadjes van alle drie de rijen met mooie franjerandjes (sterk vergroot). |
8. | Varentjesmos, Plagiochila asplenioides, op vochtige plaatsen (iets vergroot). |
9. | Gewone Jungermannia, Jungermannia bicuspidata, tusschen mos (sterk vergroot). |
10. | Watervorkjes, Riccia fluïtans, in stilstaand water, ook op slijk, maar dan met veel minder slanke vertakkingen (iets vergroot). |