Al de volksdichten. Deel 2(1865)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 103] [p. 103] Spaarbank: - vrij wijn. Waar men Gode een tempel wrocht, Sticht, (het is een vond der helle!) Sticht de duivel een kapelle, Of hij zieltjes vangen mogt: Hier een Spaarbank... dáar, Vrij Wijn, Mannen! zeg: waar moet ge zijn? Dáar is 't alles pret van dáag, Hier is 't vreugd van daag en mòrgen; - Hier heeft vrouw noch kind te zorgen, Dáar krijgt vrouw en kinderen slaag! Hier een Spaarbank... dáar, Vrij Wijn! Vrouwtjes! wáar zou 't beste zijn? Zeven centen borrelgeld, Als gij 't dagelijks wilt sparen, Maakt, in vijf en twintig jaren, Duizend Gulden: wèl geteld! Hier een Spaarbank... dáar, vrij Wijn! Menschen! zeg: waar moet ge zijn? Vorige Volgende