Al de volksdichten. Deel 1(1865)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 246] [p. 246] Verbeidend. Zoo als de bloemetjes staan in den avond Is er mijn harte gesloten; Zoo als van knopjes met dauw overgoten Hebben mijn tranen gevloten: Waarom zijt ge zoo ver, mijn Lief? Eer ik des avonds mij neêrleg tot rusten Bid ik, dat God u moog' hoeden; Eer ik des morgens ten arbeid kan spoeden Bid ik, dat God u moog' hoeden: Waarom zijt ge zoo ver, mijn Lief? Vorige Volgende