Al de volksdichten. Deel 1(1865)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 189] [p. 189] Luijermand. Blank vingertje, vlug vingertje, Wat steekt ge rap, wat stikt ge net De draadjes, als een wingerdje, De zoompjes langs! Blaauw oogelijn, klaar oogelijn, Wat lacht ge zoet, in heilge vreugd... Voor Wien die arbeid wel mag zijn, Die zóó u boeit? Bewogen hart, gelukkig hart, Reeds Moeder, schoon ge 't nog niet zijt - God geve u, na een korte smart, Een heerlijk kind! Vorige Volgende