Al de kinderliederen(1861)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 36] [p. 36] De kleine bedelaarster. Daar liep een meisje langs den weg; Haar oogjes waren rood: ‘Ik weet in 't land geen heg of steg, Mijn vader en moeder zijn dood, Mijn oudste broêr die is soldaat; Och had ik maar werk, dan wist ik raad!’ Dat zag een brave boerenvrouw En zei: ‘Mijn lieve kind! Wat loop je barvoets in de koû En huilt er uw kijkertjes blind! Wie werken wil, vindt altijd raad! Voor jou heb ik nog wel overdaad.’ - Ze werkte laat, ze werkte vroeg En diende braaf en trouw; Een boertje flink en rijk genoeg Die haalde haar thuis als zijn vrouw; Maar had ze toen ook overdaad, Toch bleef ze nog vlijtig vroeg en laat. Vorige Volgende