Vuur en wind (onder ps. Muus Jacobse)(1946)–K.H. Heeroma– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 67] [p. 67] Ic sie des meyen schijn... 1945 [pagina 68] [p. 68] Frontlijn Frontlijn, toen gij nog verre waart, tekenden wij u, licht en vrij, met een speels wisselende rij kleurige speldjes op de kaart. Wij wisten toen nog niets van strijd, maar elk zat in gewik, geweeg verdiept als amateur-strateeg te wachten tot hij werd bevrijd... Nu weten wij wel beter, want de frontlijn werd een lijn van vuur die naderschuifelt ieder uur en scheiding maakt in eigen land. Wij denken aan beminden en wachten al weken op bericht, omdat er nu een frontlijn ligt geschoven tussen ons en hen. Werden zíj tot het licht bevrijd, terwijl wij in de donkre pijn van die nog niet geboren zijn wachten op onze baringstijd? Of zullen wij straks, weergekeerd tot leven, zoeken in hun stad naar wat wij hebben liefgehad maar in de vuurlijn werd verteerd?... De frontlijn dreunt met zijn geschut als een gestage branding aan het strand van ons ontrust bestaan, dat onze drasse bodem schudt. [pagina 69] [p. 69] De frontlijn doet zijn bloedig werk, trekt krampend door het lage land, en kogelgaten in de wand resten ons als geboortemerk. Vorige Volgende