Vuur en wind (onder ps. Muus Jacobse)(1946)–K.H. Heeroma– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 53] [p. 53] Psalm 131 Dank, Heer, dat Gij mij hebt bevrijd van mijn bezit en mijn beleid! Dank, dat mijn oog het heil weer ziet dat Gij ons elken dag gebiedt! Nu kan ik weer van iedre dag het licht genieten met een lach, omdat het licht is, zonder zorg om wat het donker mij verborg. Nu kan ik als een kind zo licht een huis maken of een gedicht en even blij zijn of het waar voor één dag of voor duizend jaar. Een kindje kan wel schreien dat het plots verliest wat het bezat, als 't glanzen van zijn toverbeeld brak vóór het nog was moegespeeld, maar het stilt gauw zijn klein verdriet en het verliest zijn vrede niet, omdat bij alle droefenis zijn oog altijd op Moeder is... Word dan kind, volk, in gaan en staan, wacht op den Heer van nu af aan, en alle leed dat gij nog lijdt zal vrede zijn in eeuwigheid. Vorige Volgende