Nieuwe stichtelijke liederen (2 delen)
(1818)–Johannes Hazeu Cornelisz., Dirk van der Reijden– Auteursrechtvrij
[pagina 47]
| |
[pagina 49]
| |
IXde lied.
| |
[pagina 50]
| |
2[regelnummer]
Maar, ach! wie is de sterveling,
Die warme liefd' in 't hart ontving,
En niet weldra weêr moest gevoelen,
Hoe in zijn koud en schuldvol hart,
d'Aan 't stof verkleefde boezemsmart,
Dat vuur der liefde deed verkoelen?
Ja 't glansrijkst' onzer liefd' en pligt,
Gloort flaauw als 't koude Noorderlicht.
3[regelnummer]
Hoe flaauw mijn liefd' ook schijn of is,
Hoe veel ik van mijn pligten mis,
En alles ben aan jezus schuldig;
Ik weet, dat nooit zijn liefd koelt;
Hoe heerschend ook de zonde w elt,
Hij blijft lankmoedig en geduldig;
Een liefde die geen grenzen ziet,
Verkoelt toch in mijn' jezus niet!
| |
[pagina 51]
| |
4[regelnummer]
Hoe, zou ik niet dien ed'len mensch
Beminnen, die naar mijnen wensch,
Mij had gered uit doodsgevaren?
Hoe, zou ik in zijn smart en pijn,
Niet dra zijn hulp, zijn redder zijn,
Of in zijn heil mijn vreugd ontwaren?
Maar, ach! hoe dooft die teekening,
Bij 't geen' 'k uit jezus liefd' ontving.
5[regelnummer]
Ja jezus liefd', onschatbaar groot,
Verheft zich boven graf en dood,
Gaat Eng'len wijsheid ver te boven;
Z'is grenzenloos en onbepaald,
Daar Hij, wien godd'lijk licht omstraalt,
Zijn' troon verliet, in 't Hof der hoven;
Werd mensch, en leed en stierf, op aard',
Hoe veel is zulk een liefde waard'!
| |
[pagina 52]
| |
6[regelnummer]
Ja, 'k heb mijn' jezus lief, die mij
Verlost heeft, van de heerschappij
Der zonde, door zijn smart'lijk sterven;
Hij heeft mij, uit den somb'ren nacht
Des doods, in 't Godlijk licht gebragt,
Om nooit zijn zeeg'nend heil te derven;
Hoe veel ben 'k dus aan Hem verpligt,
Die liefd' in 't hart en vrede sticht!
7[regelnummer]
O lieve jezus! ik gevoel,
Hoe ik in liefde steeds verkoel,
Te vast aan 't aardsche stof gebonden;
Och! vuur die liefd' in mij meer aan,
Die ik, voor al uw' liefde daên,
Gevoel, U schuldig heb gevonden;
Dan wordt mijn pligt, door uwe kracht,
Tot wederliefde, trouw volbragt.
|
|