der verteld dat hij jullie gezien had. En ook dat Jochem misselijk was. Hij wist echt niet wat er aan de hand was, hoor, hij deelt nou eenmaal graag alles met iedereen.’
‘Maar er is niks aan de hand!’ zei Gloria. ‘Jochem was alleen een beetje dronken. Mijn moeder doet of ik de beest heb uitgehangen.’
‘Ze heeft er nu al spijt van,’ zei Ruth. ‘Wacht maar, ze maakt het straks weer goed. Ze is gewoon bezorgd om je.’
‘Je hebt gelijk,’ zei Gloria. ‘Ze wil iedere jongen ontmoeten met wie ik uitga, en niemand is ooit goed genoeg.’
‘Nou dan,’ zei Ruth.
Inmiddels waren ze op een plek gekomen waar een spelletje met grote schijven werd gespeeld. Boris en Tasja keken toe.
‘Ik heb het ook gedaan,’ zei Boris. ‘Maar toen mocht het niet meer.’
‘Ze willen een competitie spelen,’ zei Tasja. ‘En jij mag zo even op de brug staan, zij lekker niet.’
‘Dat is niet een brug over water hoor,’ zei Boris. ‘Daar is het stuur.’
‘Weet ik, lieverd,’ zei Ruth. ‘En vanavond gaan we uit. Daar heb ik zin in.’
‘Met ons,’ zei Gloria. ‘Dat weten jullie nog niet, maar mijn moeder en ik hadden het erover. Als het nog doorgaat, hoor.’
‘Ik wil wel met Libel,’ zei Boris.
‘Ik denk dat ik nog even naar bed ga,’ zei Ruth. ‘Anders ben ik vanavond niks.’
‘Je bent toch mamma!’ giebelde Boris.
‘Ik ga ook even slapen,’ zei Gloria.