De gemeente Utrecht
(1956)–E.J. Haslinghuis– Auteursrechtelijk beschermdRijksdienstgebouwen1. Korte Nieuwstraat-Hamburgerstraat. Het PALEIS VAN JUSTITIE (ArrondissementsrechtbankGa naar margenoot+ en Kantongerecht) bestaat grotendeels uit moderne gebouwen (xix en 1912)Ga naar voetnoot1, doch bevat enkele overblijfselen van het voorafgaande HOF PROVINCIAAL,Ga naar margenoot+ dat xvid in de opgeheven St. Paulusabdij (z. onder Kloostergebouwen) was ingericht. litteratuur. buchel Traj. Bat. Descr. blz. 209 vv; De Geheimschrijver van Kerk enGa naar margenoot+ Staat, Prov. Utrecht (1759, blz. 6); Tegenw. Staat v.U., blz. 346 vv. | |
[pagina 104]
| |
Afb. 75. Rechtbank. Zittingzaal (in afbraak)
= Catal. top. atlas, nr 1052; - Opstand van de Hofpoort aan de Runnebaan, tek. (1865) in kl. door h.a. van baaren jr. = Catal. top. atlas, nr 1053. Ga naar margenoot+ I. Aan het Hof Provinciaal herinneren nog:
Ga naar margenoot+ A. de hofpoort (afb. 72) aan de Nieuwegracht (Runnebaan), in hoofdzaak van hardsteen opgetrokken. De door een rondboog overspannen doorgang naar een binnenplein achter de Rechtbank is omgeven door een ordonnantie naar de z.g. Franse orde: twee op hoge voetstukken gestelde halve-zuilen, welker schachten door rustieke muurbanden als omringd zijn, dragen een hoofdgestel, bekroond door een driehoekig | |
[pagina 105]
| |
Afb. 76. Rechtbank. Voorgevel (vóór de verbouwing), naar foto van N. Jesse
Afb. 77. Gebouw der Rijksinspectie van Invoerrechten
| |
[pagina 106]
| |
fronton. De voorvlakken der sokkels zijn eveneens rustiek bewerkt. De in de boog doorgetrokken banden zijn onder een stompe hoek geknikt, zodat hun uiteinden radiale boogstenen vormen; deze zijn in de binnenwelving van de boog tot diamantkoppen behouwen. Een saterkop versiert de sluitsteen. In het fries hierboven trigliefen en guttae naar Dorische trant en in het fronton het wapen van het gewest Utrecht. Dagtekening: xviib. Het natuurstenen front van de poort is als een ‘placage’ tegen muurwerk van baksteen aangezet. Ga naar margenoot+ B. In de zijmuur van het ten z. van de Hofpoort gelegen huis een zandstenen rondboogpoortje (afb. 74), dat vermoedelijk ook bij het Prov. Gerechtshof heeft behoord. Het is uitgevoerd in blokwerk met verdiepte voegen. Het door een rechte kroonlijst gedekte fries draagt in Romeinse cijfers het jaartal 1660. Hoogte: 2,76 m, van de doorgang; 2,01 m; breedte van deze: 0,96 m. (Een vroeger poortje (afb. 73) in de westelijke muur van het binnenplein heeft misschien bij de St. Paulusabdij behoord.)
Ga naar margenoot+ C. In de grote zittingzaal (afb. 75) van het Hof (voorheen abdijrefter?) staat, in een absisvormige nis aan het zuidelijk einde, een groot verguld zandstenen beeld (1730 door Jac. Cresant), voorstellend de Gerechtigheid. In de boven deze zaal gelegen kamer voor strafzaken een eiken bank (xviid) met rijk bewerkte rug- en zijleuningen, waarin slangen en monsters te midden van acanthusbladeren zijn gesneden. (De noordelijke muur is grotendeels een overblijfsel van de zuidelijke tufstenen transeptgevel van de abdijkerkGa naar voetnoot1). Het Justitiabeeld was oorspr. bestemd voor het stadhuis, z.j. knoef in Oud-Holl. 1941, blz. 169 vv (over J. Cresant). II. Het in 1837 door c. kramm gebouwde gerechtsgebouw (afb. 76) heeft een Neo-Classicistische ingangsportiek met een frontale zuilenstelling en een rondboog onder een attiek. Onder de boog een zittende gevleugelde figuur (1830, door j. rijnbout), die twee tafelen houdt, waarop de instelling der nieuwe wetgeving van 1838 wordt herdacht. Ga naar margenoot+ 2. Van Asch van Wijckskade 28. BUREAU DER INSPECTIE VAN INVOERRECHTEN EN ACCIJNZEN. Gebouwd in 1860-1862 als physiologisch laboratorium voor prof. Donders, doch omstr. 1900 inwendigGa naar voetnoot2 geheel vertimmerd. De uitwendige architectuur heeft enige | |
[pagina 107]
| |
merkwaardigheid als een laat werk van romaniserende Waterstaatsstijl: gekoppelde rondboogvensters op slanke zuiltjes met bladkapitelen, contrefortachtige uitmetselingen e.d. (afb. 77). |
|