Winterbloemen(1879)–J.P. Hasebroek– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 267] [p. 267] Koningin Victoria te Baveno aan het Lago Maggiore, in April 1879. Wél u, Victoria! dat ge aan gindsch Zuidermeer, Europa's lustprieel, de Paaschzon moogt zien rijzen! Wie, die dat heiloord kent, zal uw besluit niet prijzen, Ja, zucht niet: Zat ik meê daar in dien bloemhof neêr! Wat schoonheên der natuur, waarheen uw oog zich keer'! Gij smaakt eens Edens weelde in andre paradijzen, En kost ge er de aardsche ellende een wijl teruggewijzen, Ternauwernood, vorstin, behoeft ge een hemel meer. Maar kunt ge dat? Helaas! Ook ginds, wat nare schimmen, Die ge uit dat blauwe meer gestadig op ziet klimmen! Afghanen - Zoelo's en Bulgaren - donkre stoet!... Uw eigen landzaat, die in eigen boezem woedt - Werkstaking bij een deel, bleeke armôe bij zoovelen - Neen, Koningin! 'k Wil zóo uw paradijs niet deelen! Vorige Volgende