Hesperiden. Nieuwe poëzie in den avond des levens(1888)–J.P. Hasebroek– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende CLXVIII. Een Heiden minde een slaaf, door 't woord van God herboren, Wiens wandel dag aan dag hem Christus' beeld kwam biên. Eens prees hij luid Gods woord. Men vroeg: waar kondt gij 't hooren? - Gehoord heb ik het niet, was 't antwoord, maar gezien. Vorige Volgende