Hesperiden. Nieuwe poëzie in den avond des levens(1888)–J.P. Hasebroek– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende XXXIII. Zijn wieg stond in het kille Noorden; Zijn kunst ontlook in 't zoele Zuid; Zijn naam vult de aard tot de uiterste oorden; Zijn werk leeft voort, eeuw in, eeuw uit. Wie met die taal een Kunstnaar roemt, Heeft, Thorwaldsen, uw naam genoemd. Vorige Volgende