Dicht en ondicht(1874)–J.P. Hasebroek– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 101] [p. 101] Excelsior. (Bij Scheffer's schilderij, voorstellende Dante en Beatrice). Ziet gij dien Zanger? - Voor 't oog van zijn ziel Glanst zijn Beatrix in hemelsche glorie. Toen ze u, o Dante, door 't sterflot ontviel, Werd ze u het pand van de schoonste viktorie. Zoo een Homerus zijn Muze had, hij Had niet een Engel tot Zangster, als gij! Ziet gij dien Schilder? - Hij schiep op 't paneel Haar, die eens Dante zoo heerlijk bezielde. Maar hij trof ook, met het eigen penseel, 't Hemelsche beeld, waar hij zelve voor knielde. Ja, zijn Beatrix was 't rein Ideaal, Zwevend voor de oogen in Engelenpraal. Ziet gij dien Kunstvriend? - Hij peinst bij 't tafreel, Dat Scheffer's kunst voor zijn oogen doet rijzen. O wat genot valt zijn ziele ten deel, Als hij door hem zich ten hemel voelt wijzen! 't Is als een stemme, die spreekt tot zijn oog: - ‘Mensch! streef naar Boven! uw schat is omhoog!’ - 1870. Vorige Volgende