Het dagboek van dr. G.H.C. Hart
(1976)–G.H.C. Hart– Auteursrechtelijk beschermdDinsdag 26 november 1940De resolutie, waarbij Engeland en zijn dominions, Nederland, België, Noorwegen, Tsjechoslowakije, Polen en Griekenland trouw en hulp beloven tegen de ‘oppression’ van Duitschland en (wij maakten daarvan reeds ‘of’) ItaliëGa naar voetnoot389, gaat voorloopig niet door, daar de Grieken zeggen voorshands geen enkele aanleiding te hebben een resolutie tegen Duitschland aan te nemen: de Duitsche GezantGa naar voetnoot390 zit nog altijd in Athene. Hun standpunt lijkt mij verstandig: de heele resolutie is trouwens ‘pour la galérie’ en wij waren er toch al niet enthousiast voor. Het was een plannetje van Churchill, die de resolutie nu tóch wil publiceeren zonder de Grieken, doch daartegen heeft Halifax zich terecht verzet: de Grieken kunnen momenteel, op grond van hun successen, ‘een potje breken’. Er is momenteel een Duitsche raider in den Indischen Oceaan; dat is nu in de pers bekend gemaakt, maar wij wisten het allang, daar de Engelschen ons gevraagd hadden te mogen gebruikmaken van onze vliegvelden daarvoor op Sumatra. | |
[pagina 204]
| |
Dit hebben wij geweigerd met het oog op den indruk op Japan: wél hebben wij toegezegd zelf alle actieve hulp te zullen verleenenGa naar voetnoot391. Ik zou het geweldig vinden, als onze Indische vliegtuigen erin zouden slagen dezen zeeroover te vinden en in den grond te boren. Dat zou voor ons prestige hoogst belangrijk zijn. De noodige instructies zijn gegeven. |
|