Het dagboek van dr. G.H.C. Hart
(1976)–G.H.C. Hart– Auteursrechtelijk beschermdZaterdag 24 augustus 1940Gisteren is er weer een heele nieuwe phase ingetreden in onze interne politieke verhoudingen. Het blijkt nl., dat De Geer de Koningin, in strijd met de veronderstelling van den geheelen Ministerraad, niet had ingelicht over zijn - sedertdien opgegeven - plannen om naar Zwitserland te gaanGa naar voetnoot193. Nu is dat toch uitgelekt en H.M. ter oore gekomen, die zeer vertoornd is en De Geer heeft verzocht ontslag te nemen: Zij heeft m.i. groot gelijk, maar de gelegenheid is Haar kennelijk zéér welkom en het is steeds duidelijker, dat er om H.M. heel ernstig gekuipt en samengezworen wordt. De Ministers zijn zeer onthutst en de vraag is nu, of het heele Kabinet zijn portefeuilles ter beschikking van de Koningin moet stellen of niet. | |
[pagina 101]
| |
Vanmorgen zijn Van Kleffens, Welter en Albarda namens het geheele Kabinet bij Hare Majesteit geweest om Haar te wijzen op de ongewenschtheid, speciaal tegenover de publieke opinie in Nederland van het brengen van veranderingen in de Regeering door een ontslag aan De Geer. Het bleek, dat de Koningin niet alleen grieven had tegen De Geer in verband met het Haar niet meêdeelen van zijn plan om naar Zwitserland te gaan, maar ook om zijn gebrek aan leiding en aanpassingsvermogen; m.i. geheel terecht. Maar waarom moet de zaak zoo weinig elegant worden aangepakt? De Koningin hield de zaak in beraad. 's Middags met Welter naar een revue, nogal armelijke nabootsing van een Parijsche spectacle, waar ik vrij katterig vandaan kwam. 's Avonds maar weer gewerkt: naar lezen staat mijn hoofd gewoonlijk niet. Wat ik eigenlijk niet begrijp en mijzelf zelfs een beetje kwalijk neem, is dat ik vrij goed slaap en zelden wat behoef in te nemen. |
|