Het dagboek van dr. G.H.C. Hart
(1976)–G.H.C. Hart– Auteursrechtelijk beschermdDonderdag 8 augustus 1940Nu heeft Philipse ook een brief van zijn vrouw: ik begin wel héél erg naar berichten te verlangen, maar ik begrijp, dat ik eenvoudig zal moeten wachten, totdat er iets komt. Stel je voor dat dit den heelen winter zou moeten voortduren! Hoe wordt dan de toestand voor jullie en voor jullie niet alleen? Maar laten we blijven hopen, dat men verstandig zal zijn tenslotte en tijdig aan dezen waanzin een einde zal maken. De Engelsche pers smeekt Hitler bijna om den inval te wagen. Men hoopt hem dan een groote nederlaag toe te brengen en dan is wellicht de mogelijkheid gekomen om het overleg over den vrede te beginnen. Dit is een hypothese: Engeland kan niet onderhandelen, zegt men, als het nog geen enkel spectaculair succes heeft gehad. Misschien zit er iets in, doch Hitler laat zich nu eenmaal niet gemakkelijk verleiden tot hachelijke ondernemingen. Het antwoord van den Gouverneur-Generaal op het telegram van 1 Augustus op instigatie van de Koningin door Welter verzonden, inzake haar ‘kleine Indië plan’Ga naar voetnoot147, is ontvangen. Het is zooals wij verwachtten volkomen afwijzend en het bezigt dezelfde argumenten, die wij daartegen inbrachten: het is een moedig telegram en begint ongeveer aldus: ‘Indische Regeering waardeert dat Koningin heeft overwogen naar Indië te komen en betreurt eerbiedig, dat uitvoering niet mogelijk is gebleken’. Scherper critiek in hoofsche vormen is bijkans niet denkbaar. Het komen van eenige ministers naar Indië zal geheel verkeerd worden begrepen en zal voedsel geven aan de vaak vernomen critiek dat | |
[pagina 76]
| |
alle ministers destijds Holland verlieten, waarop steeds is geantwoord, aldus de Landvoogd, dat Koningin en geheele Regeering ondeelbaar zijn, hetgeen dan immers thans zou blijken niet het geval te zijn. Ook met het oog op de komende Japansche onderhandelingen schijnt de komst van eenige ministers ongewenscht: de situatie zou geheel anders zijn als de Koningin en het geheele Kabinet kwamen. De Geer stuurt dit aan de Koningin die dit vernietigende oordeel over Haar plan wel niet aangenaam zal vinden. |
|