Het dagboek van dr. G.H.C. Hart
(1976)–G.H.C. Hart– Auteursrechtelijk beschermdDonderdag 25 juli 1940De Duitschers hebben door de Nederlandsche radio aangekondigd, dat zij een aantal ambtenaren met verlof uit Indië hebben laten interneeren in verband met de slechte behandeling van de Duitsche geinterneerden in Nederlandsch Oost- en West-Indië. Een op verzoek van Welter opnieuw ingesteld onderzoek ter plaatse door de consuls van Zweden en ZwitserlandGa naar voetnoot114 en op Curaçao door het Internationale Roode Kruis heeft, [aangetoond] zooals trouwens te verwachten viel, dat de behandeling van de Duitschers integendeel zeer behoorlijk was; uit Curaçao kwam zelfs het bericht, dat eenige Duitschers die voor vrijstelling in aanmerking kwamen, liever in het interneeringskamp bleven, omdat zij zich in de vrije maatschappij onder de huidige omstandigheden niet behagelijk voelden. Op de Duitschers zullen die berichten toch geen indruk maken. De Regeering overweegt nu de mogelijkheid om de geinterneerde Duitschers naar een neutraal land te zenden en Welter vroeg den Gouverneur-Generaal telegrafisch om zijn opinie. Ik begrijp dat standpunt tegenover onze arme Indische verlofgangers volkomen, doch, gezien wat de Duitschers zijn en wat hun woord waard is, vraag ik mij af, of deze tegemoetkomendheid wel effect zal hebben en of deze onloochenbare zwakte niet verkeerd isGa naar voetnoot115. Maar ik maak mij nu weer ongerust over jou: ze zijn begonnen met verlofgangers doch wie zegt, dat zij anderen, die in Indië contacten hebben, zullen met rust laten? | |
[pagina 63]
| |
Ik wou, dat ik weer eens een bericht had over jullie veiligheid en toestand, ook den financieelen, die mij misschien nog het meest kwelt: 't bericht via Indië kan nu misschien spoedig binnenkomen, maar is wellicht dan weer oud. |
|