Gevallen van Friso, koning der Gangariden en Prasiaten

[p. 141]

Inhoud van het vyfde boek.

Alexander de Grote overwint Porus. Reden waarom hy niet naar Prasia en Gangaris met zyn Heyr ten stryde kan trekken. Hy keerd te rug uit het Ryk van Porus, terwyl Friso van Taprobana naar de Gedrosische Kust zeild. Een vreesselyke storm overvalt dien Vorst op Zee. Redenvoering van Teuphis, en gedrag van Friso, geduurende dien storm. Zy stranden op de Kust van Carmanië. Zopyrus, Bestierder eener Stad voor Orsines, een Persiaansch Prins, ontvangt hen eerbiedig. Wie Orsines was, en van zyne hoedanigheden. Zy toeven tot de komst van dezen Vorst denwelken men verwagtede. Met hem kwam zyne Dogter

[p. 142]

Atosse. Hare schoonheid, opvoedinge, en deugden. Zamenspraak tusschen Orsines, Friso, en Teuphis, waar in Orsines hen nodigt om met hem naar Persie te trekken, tot demping van binnenlandsche onlusten, en om by hem te verblyven tot dat 'er tyding van Alexander kome, van wiens overwinning, op Porus behaald, nog niets bekend was. Men neemt deze aanbiedinge aan. Bedenkingen van Teuphis omtrent de hoedanigheden van Alexander. Hy raad dat men Ascon naar Indië zende, om onderrigt te zyn hoe het in die Gewesten staat, voornamelyk in het Gebied van Porus, eer men Alexanders gunst zoeke tot herstelling, en hulpe. Ascon vertrekt.