meten, ogenschijnlijk wat waanwijs, soms ook cynisch. Misschien was dat de enige modus vivendi om met mijn moeder overweg te kunnen. Jegens mij had hij zich altijd... waardig gedragen. Nooit had hij mij geaffronteerd of uitgekafferd. Zijn blijken van bekommernis of aanmoediging waren altijd wat afstandelijk geweest...
‘Wat denk je ervan?’ vroeg meester Cravillon, terwijl hij het viltje weer in zijn zak stak.
Ik grinnikte even. ‘Het zal de loop van de geschiedenis niet wijzigen. En welke stemopnemer leest het? Het wordt gewoon bij de ongeldige biljetten gegooid!’ Net op dat ogenblik zag ik Ingel Guldentops en Linda Roelants binnenkomen. Ik wenkte. ‘Waar is je praatkabouter?’ vroeg ik aan Groene Linda.
‘In Duitsland,’ zei ze. ‘In Arolsen. Hij hangt boven Ingels bed.’ ‘Een goede lijsttrekker staat nu bij de ingang van een stembureau mensen te lijmen,’ zei ik, lichtjes verwijtend.
‘Ik walg van dat slijmerig gedoe!’ zei ze. ‘Wie zijn stem laat afbedelen of afdreigen, mag ze voor mijn part ook opvreten.’
‘Jij gaat het in de politiek niet ver brengen, meisje!’ mengde meester Cravillon zich in het gesprek. ‘Politici zijn per definitie bedelaars en chanteurs. Voor de verkiezingen slijmen ze en erna bijten ze. Wie de zaken omkeert, behaalt geen enkele stem.’
Linda schokschouderde. Ze streek met de hand even door Ingels kortgeknipte haren. ‘Onze lijst heeft toch al twee zinnige dingen opgeleverd. Erwin Moreels en Rebecca Holvoet zijn al enkele weken verloofd, en ik heb ook iemand gevonden... Tegen Wimjan Bonnarens met zijn trucendoos zijn wij toch niet opgewassen. Het is nu al jaren dat wij - en dan bedoel ik de Milieuraad - ijveren voor diverse grootscheepse aanplantingen van inheemse bomen en struiken. Telkens als alles in orde lijkt, komt er een kink in de kabel... een ultieme boycot. En telkens ook wordt de naam van Wimjan Bonnarens gefluisterd. Ofwel is Wimjan een bomenhater - bomen gaan inderdaad niet opzij voor mannen die met jachtgeweren rondlopen - ofwel dwingt hij iedereen ertoe te wachten tot hij weer aan het bewind is... om dan zelf de pluimen op zijn hoed te steken. Wij zijn de laatste jaren zo ontmoedigd en wanhopig geworden, dat wij zelfs geneigd zijn op die tweede eventualiteit te spekuleren én hem dus weer in het zadel te helpen...’ ‘Waanzin!’ fulmineerde ik. ‘Iedereen weet dat de senator in Brussel nog nooit één woord gezegd heeft. Er zijn er daar zelfs die denken dat hij doofstom is.’
‘Iets boycotten doe je niet publiekelijk,’ wees Linda mij terecht. ‘Dat doe je achterbaks, bij voorbeeld door een... wederdienst te vragen van de juiste vriend op de juiste plaats.’