Het koekoeksspog(1978)–Robin Hannelore– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 59] [p. 59] Onuitsprekelijke brief aan Jan Lambrichts Ik geloof dat wij Over de randen van het geheim liepen Je hoorde de eieren kippen God ziet groen dacht ik nog En toen begon het aanzetten Van koninginnencellen in mijn kop Te midden van, de vreselijkste schoonheid Het lijf-aan-lijfgevecht van leven en dood Liepen wij mensen te zijn Ik geloof dat wij De randen van het geheim overschreden Jij hoorde beslist Bach Ik hoorde niks dan het zwermen van woorden De hele zomer Vandaag pas ontdekte ik Dat ze er nog bloeien na vijfhonderd jaar De pijpbloemen in de woestenij Waar eens de priorij Ten Troon Gedoogde dat godvruchtige medicijnmannen Geneeskruiden kweekten in haar schoot Toen ik de witte pijpen insekten zag vangen Dacht ik glimlachend aan jou Morgen immers mogen ze weer vrij Om andere bloemen te bevruchten [pagina 60] [p. 60] Poëzie zie ik nu Is navenant Woorden vangen En weer loslaten De bevruchting of de genezing Geschiedt meestal onopgemerkt Maar ze geschiedt Dat is geschiedenis. Vorige Volgende