Veerstraat(2001)–Marijke Hanegraaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 15] [p. 15] Verblijf van aanvang Ze luisterde naar het luiden van de kerkklokken. Een helder geluid, maar te bestendig. Ze wist hoe de kerkgangers kwamen, in kleurige zomerjurken en overhemden met korte mouw. Zo zouden ze zingend over de geweldige gedreven wind op drift geraakte gedachten ontzenuwen. Pinksterzondag. Ergens in de villawijk ploeterde haar echtgenoot met hun zoon. Hij duwde het kind voort in een inklapbare wandelwagen, op weg naar andere kinderen, bij een zandbak onder een plataan. Niet te verdragen, prevelde ze, in het licht van de dag is er niets in deze wijk dat opstijgt of vervaagt en morgen neemt opnieuw een bekende het stof af; ik heb verzuimd me te laten gaan op gezang tweehonderdachtenveertig, een huis gebouwd dat verdwijnt in een constellatie van beweegredenen, in de piano, het bankstel en de overgordijnen. Durfde ik maar gedreven te worden aan een teugel die geliefde banden stukbreekt, zonder me te bekommeren om structuur of duurzaamheid, bestemd tot zwerven binnen een windvlaag op zoek naar een verblijf van aanvang. Vorige Volgende