Het tweede vertelsel van De boer geneesheer is uit hetzelfde boek Tome III, p. 1, alwaar het aldus aanvangt:
Jadis estoit uns vilains riches,
Qui moult estoit avers et chiches;
Tos tens par lui la maintenoit
D'une jument et d'un roncin.
Het derde en laatste verhaal van Het overzetten der schapen staat aldaar Tome II, p. 89, en begint in dezer voege:
A qui deduire se souloit.
Une nuit avoit molt conté,
Si que tot en estoit lassé,
Requist le Roy qu'il puist dormir,
Mais li Rois nel' volt pas soffrir.
De vergelijking zal enige zwarigheid ontmoeten, omdat het boek, behalve op de Koninklijke bibliotheek en bij een enkele beoefenaar der Noordse talen, hier te lande niet gevonden wordt.
De tegenwoordige uitgave der Lapekoer zal wegens de toevoeging der muziekstukken te veel moeten kosten om door al die mensen gekocht te worden, in wier handen men het boekje gaarne zien zou. De uitgever zal daarom op een goedkoper uitgave en zonder muziek bedacht zijn, zodra hem enige snipperuren van gewichtiger bezigheden zullen overschieten.