[I. Tekst en commentaar]
Wijze van uitgave.
Wij volgen in deze uitgave de algemeene beginselen, die wij in onze Inleiding tot de Visioenen, in hoofdstuk III van het algemeene deel, hebben uiteengezet, en die wij dus hier niet moeten herhalen.
Ieder lied is voorafgegaan van een inleiding. Deze bevat:
1. Een zuiver schematische inhoudsopgave. De indeelingen die wij er in voorstellen hebben noodzakelijkerwijze iets subjectiefs. Anderen zullen wellicht meermalen anders indeelen, of bepaalde strophen eerder bij deze dan bij gene gedachte laten aansluiten. Ten slotte ben ik bij die indeeling gebleven, die mij, dikwijls na herhaald wikken en wegen, als de beste, de meest bevattelijke, voorkwam. Ze is niet altijd dezelfde als in mijn eerste uitgave der Str. Gedichten.
2. Algemeene beschouwingen: zij willen een verdere, psychologische en aesthetische, ontleding zijn van het lied. Ik heb er mijne opvatting, vooral van de moeilijker plaatsen, in opgenomen. In zekeren zin maken zij de inhoudsopgave overbodig; ik heb die toch behouden, om de overzichtelijkheid.
3. Bijzondere beschouwingen, waartoe ieder lied aanleiding geeft: aanleiding, omstandigheden, sommige leerstukken.
4. Vorm: over den strophenbouw, met de scansie der onzekere verzen; de rijmen; de taal; waarbij de moeilijke plaatsen verklaard worden.
Volgt de tekst, volgens hs. C. Cursief gedrukte letters zijn oplossingen van afkortingen; cursief gedrukte woorden zijn wijzigingen in den tekst van C. Wat tusschen [ ] staat dient eerder uitgeworpen; tusschen < >, beter opgenomen. Afwijkend van de eerste uitgave, werden u en v of i en j naar hedendaagsch gebruik aangewend; en werden ook in het handschrift vaneen geschreven samengestelde werkwoorden aaneengedrukt: dit ten einde de vlotte lezing te vergemakkelijken. Ik meende mij dit te mogenh2
veroorloven, omdat deze uitgave niet de eerste is en eenigszins critischer mocht zijn. Onderaan, de varianten van A en B: waar geen letter voorafgaat beteekent dit, dat A en B dezelfde lezing hebben; waar een letter voorafgaat, beteekent dit, dat alleen dit hs. de aangegeven varianten heeft. Door C wordt aangegeven de lezing van hs. C, waar die in den tekst gewijzigd werd.
Daaronder komen de noodige aanteekeningen bij de plaatsen, die na de inleiding nog eenigszins nader moeten toegelicht worden. Waar het alleen gaat om de beteekenis van een woord, raadplege men het glossarium.