Feuilletons in het Algemeen Handelsblad 1919-1924
(1919-1924)–Jacob Israël de Haan– Auteursrecht onbekendI.Ontspanning na het uitstel van de ratificatie van het Mandaat. Wij geven ons gelaten over aan een gematigde teleurstelling. En de gevolgen? Sir Herbert keert niet terug voor de ratificatie. Onderhandelingen met de Arabische delegatie worden natuurlijk stroever. Een felle actie tegen de begunstiging van de Zionistische Organisatie in het Mandaat. Allerlei leuzen: ‘tegen het extreme Zionisme; tegen het politieke Zionisme enz.’ De Palestina-leening kan niet worden uitgegeven. En de regeering heeft geen geld. Bij de spoorwegen zijn tientallen ontslagen. Het is de vraag of de Regeering het volgend jaar subsidie geven zal aan de bijzondere scholen. Alles wacht op het Mandaat. En als het in Juli nu ook niet geratificeerd wordt? Is men daarvan zóó zeker? De couranten zijn gematigd. ‘Doar Hajom’ heeft lange brieven en telegrammen van eenen bijzonderen berichtgever uit Genève. Alles wordt goed. | |
II.Waarom is de ratificatie van het Mandaat uitgesteld? En zullen de oorzaken van het uitstel in Juli niet meer bestaan? Lord Balfour heeft te Genève een belangrijke rede gehouden. Hij heeft erop gewezen, dat de Mandaten niet door den Volkenbond zijn opgesteld en niet door den Raad kunnen worden gewijzigd. De moeilijkheid is deze, dat voor ratificatie van het Mandaat eenheid van stemmen noodig is. Bepaalde mogendheden kunnen nu weigeren vóór te stemmen tot bepaalde veranderingen zijn aangebracht. Als oorzaak voor het uitstel gaf Lord Balfour aan: onderhandelingen met Amerika voor garantie van Amerikaansche rechten in Palestina. Het desbetreffende Engelsch-Amerikaansche verdrag is eerst zeer kort geleden gesloten. En de andere mogendheden hebben zich er nog niet over kunnen beraden. Anderen zeggen, dat Frankrijk de ratificatie heeft tegengehouden. Het wil eerst zeker zijn, dat Amerika zich niet zal verzetten tegen het Fransche Mandaat in Syrië. Bovendien schijnt Frankrijk het Vaticaan te steunen in zijn eischen betreffende de Heilige Plaatsen. Ook Italië en België hebben eischen gesteld, die onderzocht en geschikt moeten worden. Of dat alles voor Juli klaar zal zijn? Dat de groote tegenstand van het Vaticaan is gekomen, blijkt nu wel duidelijk. De berichten over goede verstandhouding tusschen het Vaticaan en de Zionisten, waren officieel. De Patriarch van Jeruzalem zou niet zonder goedkeuring des Pausen, te Rome een kruistocht hebben gepredikt tegen het politieke Zionisme. Wij lezen, dat dr. Weizmann te Parijs een onderhoud heeft gehad met den vertegenwoordiger van den Paus, en dat deze hem heeft verklaard, dat de Paus geen bezwaar heeft tegen een Joodsch Nationaal Tehuis in Palestina. Dr. Weizmann zou ook een onderhoud hebben met den Patriarch. Intusschen is de Engelsche regeering in het Parlement reeds geïnterpelleerd over de felle aanvallen van den Patriarch op het Zionisme. De Engelsche Katholieken zijn in de pers een tocht begonnen tegen het politieke Zionisme. | |
III.Natuurlijk doet de Zionistische Organisatie haar uiterste best het Mandaat in Juli geratificeerd te krijgen. De Engelsche Regeering schijnt dit ook te willen. Lord Balfour is een groote steun. En de Balfour-declaratie is wel echt een declaratie van Balfour geweest. Sir Herbert heeft voor een aantal Parlementsleden een rede gehouden, die hier op het oogenblik alleen door telegrammen bekend is. Hij heeft de Engelsche politiek in Palestina verdedigd, die eerlijk is en onpartijdig. De Joodsche arbeid in Palestina gaat gestadig vooruit en in de toekomst zullen de Joden in de meerderheid zijn. De meeningsverschillen tusschen de Joden en de Arabieren zullen verdwijnen. Ten slotte maande Sir Herbert tot gematigdheid aan en waarschuwde hij de extremisten in beide kampen: het Zionistische en het Arabische. Maar wie zijn dat, de extremisten? Bij de Arabieren denkelijk zij, die intrekking willen van de geheele Balfour-declaratie en een onafhankelijk of althans autonoom Palestina. En bij de Zionisten? Is dr. Eder, de politieke leider van de Zionistische Commissie in Palestina, extremist, die verklaard heeft, dat Palestina predomineerend Joodsch moet worden, zooals Mesopotamië Arabisch is? En dr. Weizmann met de formule: ‘Palestina zóó Joodsch, als Engeland Engelsch is’. Men hoort telkens over extreme Zionisten, maar er wordt nooit gezegd, wie dat precies zijn. Na de rede van Sir Herbert zijn vragen gesteld. Eén betrof het groote plan voor electrificatie en irrigatie van den ingenieur Ruttenberg. Sir Herbert verklaarde, dat dit een zeer goed plan is, Binnenkort zal Ruttenberg naar Palestina terugkeeren met geld in handen en zal het werk beginnen. Een andere vraag was, waarom de Engelsche Regeering Palestina geen autonomie geeft als Transjordanië en Mesopotamië. Hierop antwoordde Sir Herbert, dat de tijd daarvoor nog niet gekomen is. In Amerika en in Australië heeft men den inboorlingen ook geen zelfbeschikkingsrecht gegeven. Misschien zijn de telegrammen op dit punt niet juist. Want een verwijzing naar Amerika en naar Australië, waar de geheele oorspronkelijke bevolking is uitgestorven, zou men van Sir Herbert niet verwachten. Men zal daarover nog wel hooren. | |
IV.Zoolang het Mandaat niet geratificeerd is, wordt er in de Zionistische organisatie niet veel gedaan. De geldvraag is de hoofdzaak. Het is moeilijk te weten, hoe de toestand precies is. Volgens een bericht in Doar Hajom, heeft Amerika in den loop van de laatste drie weken voor het Keren Hayesod (Opbouwfonds) gegeven één millioen zeven honderdelfduizend en vijf dollar. Deze week hoopt men het tweede millioen vol te maken. En dit jaar hoopt men op vijf millioen. Dollar of Pond. Maar dat is hetzelfde. Daarentegen klaagt Haäretz, dat het financieele resultaat van de delegatie Sokolov-Jabotinsky-Warburg-Patterson een teleurstelling is. En het blad vraagt, wie men nu zenden moet. Zeker is, dat de onderwijzers het laatst salaris hebben gehad over Februari. En dat op het budget voor onderwijs zeer zal moeten worden bezuinigd. In een onderwijzersvergadering te Jaffa deelde een van de aanwezigen mede, dat hij dag in dag uit, Sabbath en werkdagen, niet anders eet dan droog brood. Een andere, dat hij weken lang geen zes centen had, om een schrift te koopen voor zijn dochtertje. Aan den anderen kant wordt hier verbazend veel geld uitgegeven voor publieke vermakelijkheden. Iederen dag heeft een feestavond. | |
V.In afwachting van het Mandaat is het in de Joodsche politiek rustig. De bestuursleden van den Volksraad brengen nu bezoeken aan alle Joodsche steden, koloniën en nederzettingen. Een zaak, die natuurlijk veel geld kost en maar betrekkelijk nuttig is. Maar in dezen overgangstijd moet de Volksraad toch iets doen. Op het oogenblik heeft de Raad geen taak tusschen de Zionistische Commissie en de Regeeringsorganen. Een vereeniging van de commissie met den Volksraad zou beter en zuiniger zijn. Misschien komt het daartoe. Veel geven al die reisjes van den Volksraad niet. De Raad heeft geen geld, en kan dus niet anders doen dan de klachten en verlangens overbrengen naar de Regeering en de Zionistische Commissie, die ook geen geld hebben. Men kan de gesprekken met den Raad zeer kort samenvatten: ‘klagen en vragen’. Misschien wordt er wat veel geklaagd om wat veel te kunnen vragen. Maar opwekkend is 't niet. Een van de doeleinden van den Raad is den Arabischen arbeid in de koloniën te vervangen door Joodsche. Een pijnlijke quaestie. In de propaganda moet men altijd beweren, dat de Arabieren zoo zullen profiteeren van de Joodsche immigratie. Men wijst ook altijd op het groot aantal Arabische arbeiders in de Joodsche koloniën. In werkelijkheid moet men den Arabischen arbeid zooveel mogelijk boycotten, vooral in de koloniën, teneinde de Joodsche immigratie gaande te houden en althans een deel van de immigranten in den landbouw op te leiden. De Joodsche kolonisten willen ook wel Joodsche arbeiders nemen. Maar ze kunnen geen hooge loonen betalen. Men zal nu probeeren tot een schikking te komen, zoodat bij den aanstaanden pluk van druiven en amandelen ook Joodsche handen werk zullen vinden. Overigens zijn de reisverhalen van den Volksraad leerzame lectuur. Ze hebben de coöperatieve hoeve Ben Shemen bezocht en een groote verlanglijst gekregen. In Petach-Tikvah en Rehoboth is vooral de arbeidersvraag besproken. Een ‘bedroevende indruk’ maakte de kolonie Kastinia, tusschen Rehoboth en Berseba. Evenals Ben-Jaäcob. De algemeene klacht van de kolonisten is deze, dat al het geld gebruikt wordt om in de steden huizen te bouwen. Terwijl de zonen van de kolonisten geen geld hebben, om zich zelfstandig te vestigen. Een agrarische bank is noodig. | |
VI.Met den opbouw van het Land gaat het langzaam. De groote moeilijkheid is de arbeidersvraag. De Joodsche arbeiders zijn veeleischend en goed georganiseerd. De industrie, die van valuta-concurrentie te lijden heeft, kan dat niet dragen. In zake de stakingen te Jaffa en Tel Aviv is een voorloopige schikking tot stand gekomen voor den tijd van een maand. Als het Mandaat is geteekend, zal men zich beiderzijds vrijer gevoelen. Bij Doar Hajom duurt het conflict voort. De Zwarte Hand en de Jonge Extremist hebben zich er mede bemoeid. Werkwilligen zijn afgeranseld door chaloetziem en twee Zwarte Handen zijn gearresteerd. De koloniën hebben het moeilijk. De graanbouwende hebben te vechten tegen concurrentie van Australisch meel. De amandelen kunnen geen prijs maken tegen de lage Italiaansche valuta. Wijn kan niet naar Amerika worden verkocht. Daarentegen koopt het Fransche leger in Syrië Palestina-wijn. En de sinaasappelen maken mooie prijzen. Als nieuwe markt wordt Amsterdam aangegeven. Ook in de steden is de toestand vaak moeilijk. De industrie, die pas in het begin is, lijdt onder de valuta-concurrentie. En de bouw van huizen vindt vertraging bij gebrek aan geld. Er zijn nogal wat werkloozen. Men heeft nu ineens weer alle hoop gevestigd op de aanwezigheid van petroleum. De Standard Oil exploreert bij Hebron. Men zegt, dat eventueele bronnen zullen worden geëxploiteerd door een combinatie van Standard Oil en Royal Dutch, die beide vóór den oorlog reeds zekere rechten in Palestina hadden verworven. En de plannen van Ruttenberg? Volgens een bericht in ‘Doar Hajom’ hebben de New Yorksche Joden hem vijf honderd duizend pond sterling beloofd, onder voorwaarde, dat hij de overige zeven honderd vijftig duizend pond zelf bijeenbrengt, waarvan vier honderd duizend buiten Amerika. Gelukkig heeft Baron James de Rothschild pas één millioen pond geërfd. | |
VII.Hoofdzakelijk worden er huizen gebouwd. Er is een groote huizennood. En iedereen wil hier graag een eigen huis hebben. Gewoonlijk kan men 60 % hypotheek krijgen tegen 8 %. Dat is goedkoop. De overige 40 % moeten dan van her en der worden geleend, dikwijls tegen veel hoogere rente. Zoo komen verscheidene menschen in de knoei. Maar het is ook een goede vorm van sparen. Die echter bij het verdeelen van erfenissen weer moeite geeft. Op den Carmel bij Haïfa gaat men een tuinstad bouwen. In Jeruzalem is nog bijna niets gebouwd. Maar er zijn plannen. Het bouwen, met gehouwen steen, is hier duurder dan te Tel-Aviv met fabrieksteenen. De Regeering heeft nu het bouwen met fabriekssteenen hier ook toegestaan. Maar het transport van Tel-Aviv naar Jeruzalem maakt ze hier duurder. Eene vereeniging, die wilde bouwen op land van het Joodsch-Nationaal-Fonds, is ontbonden bij gebreke van bouwcrediet. Men bouwt hier (ook gedeeltelijk!) niet zoozeer Palestina als wel Tel-Aviv. Dat gaat snel. In 1909 begonnen zestig families Tel-Aviv te bouwen. Nu zijn er 900 huizen met een huurwaarde van honderd tien duizend pond. Vóór den oorlog was het jaarlijksche budget zes honderd pond. Thans is het twintig duizend. Waarbij men moet bedenken, dat de taak der gemeenten hier zeer beperkt is: scholen, brandweer, geneeskundige dienst vallen er buiten. De Anglo-Egyptian Bank heeft eene leening gegeven van zeventig duizend pond voor den bouw van een handelswijk. Men wil een tweede leening à 6 % groot tachtig duizend pond in Amerika plaatsen voor riolering, electriciteit, waterleiding, wegenaanleg enz. | |
VIII.Maar behalve dan dit Tel-Aviv gaat alles langzamer dan wij hadden geducht. Van een nieuwen sterken Joodschen boerenstand merken we weinig. Dat maakt de Arabische quaestie zoo moeilijk. Want zoolang de Joden geene meerderheid hebben, kan Engeland Palestina geen autonomie geven, uit vrees voor een anti-Zionistische wetgeving. Tenzij de Arabieren zelf zouden gaan inzien, dat het Zionisme ook voor hen voordeelig is. Maar daar ziet het niet naar uit. Van bepaalde Arabische politiek merkt men niet veel. De Palestina-delegatie is nog in Londen. Men zegt, dat Sir Herbert opnieuw zal probeeren de Arabische Delegatie en de Zionistische Executieve samen te brengen. Onrustig is het niet. Maar de toon van sommige bladen wordt dreigend. ‘El-Sabagh’, het blad van de Arabische delegatie zegt, dat de tijd van protesten voorbij is en dat men een voorbeeld moet nemen aan Egypte en aan Syrië. Misschien gebeurt er iets, wanneer het Mandaat onveranderd wordt geteekend. Nu is men nog in afwachting, ook omtrent samenstelling en bevoegdheid van het nieuwe Wetgevend Lichaam. Misschien zal de waarnemende High Commissioner Sir Wyndham Deedes iets mededeelen op Konings Verjaardag, in het begin van Juni. De quaestie van de banken bij den Klaagmuur is beslist. De Joden moeten die banken wegnemen. ‘Beestachtig’ heeft een Joodsche schrijver dat genoemd. De Mohammedanen beweren, dat zij moeten voorkomen, dat de Joden tersluiks en langzamerhand hunne rechten bij den Klaagmuur gaan uitbreiden, en er ten slotte een synagoge gaan bouwen, waartoe inderdaad plannen bestonden. |