Feuilletons in het Algemeen Handelsblad 1919-1924
(1919-1924)–Jacob Israël de Haan– Auteursrecht onbekendI.Er is genoeg te doen geweest. Het bezoek van Lord Northcliffe aan Palestina. Publicatie van de nieuwe Grondwet voor Palestina. Bijeenkomst van de Joodsche Deputatenvergadering. En allerlei kleinigheden. | |
II.Lord Northcliffe. Het bezoek, waarvan wij ons zooveel succes hadden voorgesteld, is een groot nadeel geworden en aanleiding tot schandaal. De Joden waren niet voorbereid. Men zegt, omdat Oessiskin niet wilde samenwerken met Ittamar ben Awi, den redacteur van Doar Hajom. Aan het station van Ludd was een delegatie van Arabieren en voortdurend gedurende zijn verblijf hebben de Arabieren hem delegaties gezonden en telegrammen, eenstemmig tegen het Zionisme. Van Ludd naar Jeruzalem is hij gereden per auto, voorafgegaan door een gepantserde automobiel. Dat heeft een heel slechten indruk op hem gemaakt. Men zegt, dat een van de vijanden der Joden dit opzettelijk heeft gedaan. Hij heeft Rischon le Zion bezocht en een delegatie van de Zionistische commissie ontvangen. Wat hij gezegd heeft, is niet gepubliceerd. Maar het moet niet gunstig zijn geweest. In een interview met Ben Awi heeft hij ten slotte verzekerd, dat de Balfour-declaratie niet zal worden ingetrokken. Maar dat hij het niet eens is met de uitlegging, die de Zionisten daaraan geven. Hij heeft het Land veel ongelukkiger gevonden dan bij een vroeger bezoek. Van al de schitterende beloften, die dr. Weizmann hem heeft gedaan, is niets vervuld. De Zionisten moeten minder praten en meer doen. Zij moeten gematigd zijn. Vrede houden met de Arabieren. En niet uitsluitend extreme chaloetsiem (= pionieren) in het land brengen. De zaak is, zeide Lord Northcliffe, dat alle Arabieren tegen het Zionisme zijn. Hij heeft zelfs een adres ontvangen van de jongensschool St. Georges (die trouwens ook Joodsche leerlingen telt!) tegen het Zionisme. Eveneens, bij een bezoek in Transjordanië aan den Emir Abdoellah, van Transjordaansche hoofden. Engeland heeft als Mohammedaansche mogendheid daarmede rekening te houden. Lord Northcliffe verklaarde zich ook ontstemd over den drukken handel, dien de Palestinensische Joden met Duitschland drijven. Achteraf beweren de Joden, dat hij altijd anti-joodsch is geweest. Maar toen hij in Amerika was, hebben de Zionisten hem een delegatie gezonden, om hem te danken voor het vele, dat hij voor de Joodsche zaak heeft gedaan. Hij schijnt nu onder den invloed te staan van kolonel Gabriël, die vroeger in Palestina is werkzaam geweest en nu samen met hem van Egypte naar Engeland terugkeert. | |
III.De Aschkenasische Joodsche kerkeraad heeft ook een delegatie gezonden: de Rabbijnen Bernstein en Jungreis en mij zelven om Engelsch te spreken. Wij hebben geen woord gesproken tegen het Zionisme of tegen de Zionistische Organisatie. Wij hebben alleen gevraagd vrijheid en gelijkheid van godsdienst voor alle Joden in Palestina. En erkenning van Agoedath Israël op gelijken voet als de Zionistische Organisatie. Lord Northcliffe toonde zich zeer verrast over het bestaan van zoo eene groote organisatie buiten de Zionistische. Het schijnt, dat men hem in den waan had gebracht, dat alle Joden lid waren van ééne organisatie, de Zionistische. De zaak is besproken aan twee officieele diners en Lord Northcliffe moet ontstemd zijn geweest over de onjuistheid der hem tot dusver gegeven inlichtingen. Misschien heeft Reuter's correspondent te Jeruzalem (ook al geen vriend van ons!) overdreven. Het schandaal was er. Haäretz, het blad van Oessiskin, beweerde, dat wij gesproken hadden tegen de Balfour-declaratie en tegen het Joodsch-Nationaal Tehuis. Het blad noemde ons ‘verraders’ en ‘ploerten’. Onze opperrabbijn R. Chaïm Sonnefeld heeft in Doar Hajom verklaard, dat de delegatie is gegaan op zijn verlangen. Dat niet gesproken is tegen het Joodsch Nationaal Tehuis of tegen de Balfour-declaratie, maar alleen tegen de pogingen van de Zionistische Organisatie om de Joodsche Kerkelijke gemeenten onder haar heerschappij te brengen. En zich, met voorbijgaan van Agoedath Israël, bij de Regeeringen en bij mannen van invloed, voor te doen als de gemachtigde van het geheele Joodsche Volk. Ik-zelf heb, als woordvoerder van de delegatie, verklaard, dat wij ons aan die punten hebben gehouden. Haäretz heeft geen van die verklaringen gepubliceerd. Maar heeft de gemoederen hoe langer hoe meer opgehitst. De gevolgen zijn niet uitgebleven. De chaloetsiem en andere jongelui roepen ons na op straat. Men gooit met steenen. Wij krijgen dreigbrieven. Chaloetsiem hebben het huis willen binnendringen van den ouden rabbijn I.I. Diskin, die buiten alles staat. Chaloetsiem zijn in het huis van R. Chaïm Sonnefeld gekomen en hebben daar een schandaal gemaakt. Een aantal van deze helden Israëls hebben den rabbijn Bernstein aangevallen en met stokken zijn hoofd stukgeslagen. Ook dat is Joodsch bloed, dat gevloeid is in de straten van Jeruzalem. Bij mij thuis is men niet geweest. Ik woon in een Arabische buurt. Maar men zal mij des avonds op straat aanvallen. De Arabische bladen verheugen zich en zeggen: ‘Ziet gij, welk soort immigranten men ons brengt? Zij ranselen hun rabbijnen.’ Allerlei Zionistische vereenigingen nemen moties aan tegen de delegatie. Natuurlijk nemen die van Agoedath Israël weer moties aan tegen de moties. Het hoofdbestuur van Mizrachie heeft een telegram aan Lord Northcliffe gezonden, dat de delegatie geen enkele volmacht had. En dat alle orthodoxe Joden Zionisten zijn. Het zal een uitmuntenden indruk op Lord Northcliffe maken. In een Joodsch weekblad, dat ‘Genoeglijke Sabbath’ heet, wordt de vraag gesteld, waarom men dien krankzinnigen ploert, die met zijn portefeuille onder den arm naar de rechtsschool stapt, niet met steenen gooit, niet het bloed aftapt, niet ranselt tot hij krimpt van de pijn. Dat is Jeruzalem. | |
IV.En de studenten van de rechtsschool staken en hebben mijn onmiddellijk ontslag geëischt als lector. De Regeering heeft geantwoord, dat daarvan geen sprake kan zijn. Die staking is nu weer een wereld in het klein. De studenten zijn verdeeld in twee groepen van vrijwel gelijke sterkte. Zij noemen zich: ‘Extremisten’ en ‘Gematigden’. Zij hebben ieder hun bestuur, dat onderhandelt met de tegenpartij en met de Regeering. Eigenlijk zijn de meesten wel Gematigd. Maar de Extremisten terroriseeren. Zij dreigen met pakken ransel en met boycot. Zij hebben de gymnasiasten op hun hand, de Zionistische Commissie en Haäretz. De Gematigden worden natuurlijk gesteund door Doar Hajom. Zij vinden, dat het nu genoeg is geweest. En zij willen de staking opheffen. De Extremisten meenen, dat dit later bij de examens zal worden gewroken. Maar de Gematigden verzekeren, dat ik dat niet zal doen. Enz. Enz. Het leven is goedig. | |
V.Bijvoorbeeld. In gezelschap van Lord Northcliffe was Mr. Philip Graves, de correspondent van den Times te Konstantinopel, die aangetoond heeft, dat het boek ‘Protocollen der Oudsten van Zion’ eene vervalsching is geweest. Te zijner eer heeft Doar Hajom een thee georganiseerd. Eerste spreker was Generaal Storrs, gouverneur van Jeruzalem. Andere sprekers waren de rabbijnen Jacob Meir en Kuk en L. Jaffe, hoofdredacteur van Haäretz. Het is drie maanden geleden sinds al die menschen hebben gezworen, dat zij niet zouden rusten voor Generaal Storrs was afgetreden en dat zij hem hebben geboycot en doodverklaard. Generaal Storrs heeft een mooi speechje gehouden over ‘misverstanden’. Vrijdagavond was er een dienst in een van de synagogen met eenen bijzonderen voorzanger uit Weenen. Generaal Storrs was uitgenoodigd en aanwezig. Hoezeer zal hij ons achten! | |
VI.Over de Deputaten-Vergadering later. De tekst van de nieuwe Grondwet voor Palestina is nog niet geheel bekend. In hoofdzaak weten wij dit: er komt een wetgevend college, gedeeltelijk benoemd door den Hoogen Commissaris, gedeeltelijk door de bevolking gekozen. Wetten tegen hetgeen in het Mandaat is vastgelegd, zijn verboden. B.v. tegen het Joodsch Nationaal Tehuis en tegen de rechten van het Hebreeuwsch. Hoe het staat met het budgetrecht is niet duidelijk. De Hooge Commissaris heeft zekere rechten ten aanzien van wetsvoorstellen aangenomen in het wetgevend college. Maar het is niet duidelijk wat het is: sanctie, veto of recht voor te dragen tot vernietiging bij het Engelsche Ministerie van Koloniën. De Arabieren zullen in het wetgevend college de meerderheid hebben boven de Joden. Maar er zullen ook een aantal hooge Regeeringsambtenaren in zitten. De Joden zijn bereid het ontwerp te aanvaarden. De Arabische leiders hier hebben naar de Arabische delegatie te Londen getelegrafeerd het niet te aanvaarden, omdat het steunt op de Balfour-declaratie. Ook het Arabische blad ‘Falestien’ is er tegen. | |
VII.Allerlei. Dr. Weizmann confereert te Parijs met Generaal Gouraud. Men zegt, dat hij naar Bagdad gaat naar koning Feisoel. Baron Rothschild geeft tienduizend Pond voor de Zionistische Universiteit. De rijke Kadourie vier. Een goed toeristenseizoen. Rabbijnen-vergadering tegen voortdurende publieke Sabbathschending. Onveiligheid op de publieke wegen. Balfour en Sokolov keeren samen van Washington naar Londen terug. Dr. Marmorek wil een wereldorganisatie van Brandeisisten. Sir Herbert ongesteld. De afschuwelijke witte klokketoren bij de Jaffapoort wordt afgebroken. Onderhandelingen omtrent de grens tusschen Palestina en Syrië geschorst. Een chaloetz bij Haïfa vermoord. Men belooft de behandeling van het Palestina-mandaat door den Volkenbond in April. Mizrachistische arbeiders tegen Mizrachie. Komt Brandeis naar Palestina? Kalvarisky te Beiroeth en Damascus in verband met landaankoop in Palestina. Bezoek van Ramsay Macdonald als gast van de arbeiderspartij. Staking der bakkers te Tel Aviv en der Joodsche havenarbeiders te Haïfa. Duizend Armeensche weezen te Jeruzalem. Kolonel Bramley, hoofd der politie, naar Engeland, met het oog op een nieuwe gendarmerie. Hassan Sidki Effendi el Dajani onder politie-toezicht. Dr. Eder komt terug in de Zionistische Commissie. Oessiskin blijft. Proces begonnen tegen Rosenberg te Haïfa, wegens het smokkelen van wapens. Een Jood consul van Chili te Jeruzalem. | |
VIII.Joodsche Humor. ‘Welke sigaren rookt Lord Northcliffe?’ Havana, maar in Palestina Ie-Havana (= Misverstand). En deze: Een Amerikaan vertelt, dat hij alle merkwaardigheden van Jeruzalem heeft gezien. ‘Ook hôtel Use?’ vraagt een ander (= hôtel Hughes is zetel der Zionistische Commissie) ‘Use, Use’ zegt de Amerikaan ‘what Use, no Use’. En deze: de leerlingen van de openbare lagere jongensschool van Joessef Effendi Mejuhaz richten een schrijven tot de studenten, te volharden in de staking. |