Feuilletons in het Algemeen Handelsblad 1919-1924
(1919-1924)–Jacob Israël de Haan– Auteursrecht onbekendNr 297 In afwachtingGa naar margenoot+Wij zijn weder in afwachting. Wij zijn hier altijd in afwachting. Indië, Ierland, Egypte, Kemalië. En het Mandaat. Wij dachten, dat dit op den tienden Januari te Génève zou worden geteekend. Alles was goed. Sokolov had in Amerika gesproken met president Harding en minister Hughes. Weizmann had met iedereen gesproken en Briand was Zionist geworden. Ineens brengt ‘Haäretz’ een telegram, dat de behandeling van het Mandaat is uitgesteld en dat Weizmann naar Londen is teruggekeerd. ‘Doar Hajom’, dat gewoonlijk het nieuws heeft, vóór het gebeurd is, had dit telegram niet. En wij hopen, dat het niet waar is. Wij hooren van nieuwe verkiezingen in Engeland en van een nieuwe Lloyd George-partij. Zoolang het mandaat niet geteekend is, gaat de anti-Zionistische propaganda voort. Men schijnt het nu te probeeren bij de vertegenwoordigers in den Volkerenbond van Brazilië, Zwitserland en Nederland. Wij hooren, dat president Weizmann dezer dagen confereeren zal met den president van Zwitserland. In Arabische kringen wordt beweerd, dat de Engelsche Regeering een nieuwe uitlegging van de Balfourdeclaratie voorbereidt, gunstiger voor de Arabieren. Van Zionistische zijde wordt het ontkend. Men wil zich daar houden aan de uitwerking van de mandaatsgedachte, zooals die in het laatste ontwerp is geschied. De Arabieren hier beweren, dat de nieuwe explicatie reeds hier is aangekomen. Men beweert ook, dat Palestina gedeeltelijjk autonoom zal worden, en dat de Arabieren dan meer gelegenheid zullen krijgen de Zionisten tegen te werken. Er schijnt wel iets veranderd te worden. Wij hooren, dat kolonel Bentwich, de Legal Secretary, een anderen titel krijgt, Attorney General. De pro-Arabische Chief Justice, Sir Thomas Haycraft, zal rang nemen vóór hem. De Arabieren verheugen zich. Kolonel Bentwich denkt over ontslag. Maar de Zionisten probeeren hem daarvan terug te houden. ‘Niet Land van Israël, maar Land van Ismaël’, zeggen wij, als wij boos zijn. | |
II.En de Zionistische Organisatie? Van de Bestuursvergadering te Weenen hooren wij niet veel. Er moet geld zijn. De regeling van de Noordgrens met Syrië heet nu weder niet definitief. Misschien staat Palestina Metullah af en Syrië de waterbronnen van Jordaan en Yarmuk, die voor de electrificatie van Palestina noodig zijn. Van vrede met de Brandeisgroep in Amerika hooren wij niet. Toch is de stemming vredelievend, omdat de inzameling voor het Opbouwfonds (Keren Hajesod) onder de tweedracht lijdt. Berichten uit New York zeggen, dat in de afgeloopen zes maanden zevenhonderd duizend dollar is ontvangen. Bruto of netto? Ook in Frankrijk willen de Zionisten niet aan het Opbouwfonds medewerken. Zij willen het geld, dat in Frankrijk wordt ingezameld, niet aan de Russische boeren in Londen geven. Nordau is daar de leider van het verzet. In Italië wil men eveneens het geld niet afgeven. Over het verdrag tusschen Jabotinsky en Petljoera in zake een Joodsche gendarmerie in de Oekrajine wordt nog veel gesproken. Jabotinsky heeft verklaard, dat alleen het Congres hem kan ontslaan en dat hij juist heeft gehandeld. Lof zij Jabotinsky. Een vergadering van gewezen Joodsche legioensoldaten in Amerika heeft vertrouwen in hem uitgesproken. | |
III.En hier? De Joodsche Volksraad is weder bijeen geweest. De deputatenvergadering is nog niet bijeen geweest, omdat men het geld niet kan bijeenbrengen voor de kosten. Wel een bewijs van weinig belangstelling onder het Joodsche publiek. De zaak is, dat de Volksraad geen taak heeft naast de Regeeringsorganen en de organen van de Zionistische Commissie. Het eenige wat zijn bestuur doet, is met anderen mee protesteeren of met anderen mede juichen, en iedere week met Sir Herbert Samuël Joodsche aangelegenheden gaan bespreken. Wat dr. Eder al doet voor de Zionistische Commissie. Zóó is het ook met den Joodschen Stadsraad van Jeruzalem. Naast den gemengden Gemeenteraad heeft die geen taak. In de zuiver Joodsche koloniën is de Kolonieraad ook de Gemeenteraad. De Jeruzalemsche Stadsraad wordt alleen gebruikt voor protesten, voor feesten en om een bepaald aantal families te helpen aan voordeelige en eervolle (of niet eervolle!) baantjes. ‘Haäretz’ is altijd een van de steunpilaren van den Volksraad geweest. Maar in een hoofdartikel moet het blad nu toch schrijven over den treurigen indruk van de laatste vergadering. Van de leden buiten Jeruzalem was bijna niemand aanwezig en uit de koloniën niemand. Men was ontstemd over de mislukking van de razzia tegen Generaal Storrs. Oessiskin krijgt nu de schuld. Nu het te laat is, ziet men de dwaasheid in. De volle Deputatenvergadering zal over een week of vijf, zes worden bijeengeroepen. De quaestie van het vrouwenkiesrecht zal daar dan definitief worden geregeld. | |
IV.Het doel van Sir Herbert Samuël en Norman Bentwich is het scheppen van een nationaal-religieuse gemeenschap van Joden in Palestina. De nationale belangen zullen dan worden behartigd door Volksraad en Stadsraden. De religieuse door het officieele rabbinaat. Mr. Bentwich wil het rabbinaat bovendien gebruiken voor hervormingen in het Joodsche familie- en erfrecht. Op den duur zal dat toch niet gaan: de links-radicale Volksraad en het orthodoxe rabbinaat. Maar het rabbinaat wordt door den Stadsraad betaald, die daarvoor recht krijgt belastingen te leggen op de Joden. Daar begint de oneenigheid al. Voor zoover dit belastingen zijn op ritueele artikelen: vleesch, paaschbrood, wil het rabbinaat die zelf heffen. Want anders blijft alles toch aan de snaar en den strijkstok van den Stadsraad hangen, die een deficit heeft en een legertje ambtenaren. De financieele afhankelijkheid van het rabbinaat wordt hun noodlottig. | |
V.Oessiskin is de dictator. Gaat dr. Eder heen? De Amerikaansche Zionisten hebben hem verzocht te blijven. ‘Doar Hajom’ valt hem hevig aan in een hoofdartikel van Ittamar ben Awi. Deze heeft twee maanden geleden met Weizmann over Oessiskin gesproken. Speciaal over zijn gebrek aan kennis van de Arabische quaestie. Dr. Weizmann heeft in dat interview verklaard, dat ook hij daarvan slechts weinig verstand heeft. En dat hij haar gaarne wil over laten aan anderen, die er meer verstand van hebben. Te Berlijn heeft dr. Weizmann over de Arabische quaestie gesproken. Hij gunt den Arabieren gaarne een groot rijk met Damascus, Bagdad en Mekka als middelpunten. Palestina moet daar buiten blijven. Maar ook daar zullen de Arabieren niet verdrukt worden. Op het oogenblik is de verhouding tusschen Joden en Arabieren slecht. De Klaagmuur wordt telkens op afschuwelijke wijze bevuild. De Gemeenteraad van Jaffa saboteert het electriciteitsplan van Ruttenberg op alle mogelijke manieren. ‘Geduld en tact’ verzekert ons het pro-Zionistische parlementslid Ormsby Gore. Wij wachten af. | |
VI.De opbouw van het Land. Wat wij hier na veertig jaren in de oudste koloniën nog niet zien, is een onafhankelijke, aan zijn land gehechte, boerenstand. Baron Edmond de Rothschild, die millioenen aan de koloniën heeft besteed, heeft in een boos interview met ‘Doar Hajom’ gezegd, dat hij geen geld meer geven wil. Het interview heeft een zeer pijnlijken indruk gemaakt, ook te New York. De Brandeisisten voelen meer voor de Joodsche boeren en minder voor de chaloetziem (= pionieren). Mrs. Fels, de schatrijke Amerikaansche, heeft nu haar geldelijken steun beloofd. Het meeste werk is nu huizenbouw. Het regeeringswerk aan de wegen loopt af, en de Joodsche aanneemsommen zijn te hoog. Er moet geld van de organisatie bij. En dan laat men liever huizen bouwen voor de Joden. In Jeruzalem wil men nu ook beginnen. Een nieuwe buurt voor ambtenaren en leeraren. En een Joodsche koopmansbuurt. Men wil daarmede een einde maken aan het feit, dat zoovele Joden buitengewoon hooge huren betalen aan niet-Joodsche eigenaars. De Joodsche hypotheekbank zal nu ook gaan werken. Er zijn tweehonderdduizend aandeelen, ieder van één Pond. Onder de directeuren is Siegfried Hoofiën. Er zal ook een handelscredietbank komen van de Brandeisgroep in samenwerking met de Ica, Baron James de Rothschild en Sir Alfred Mond. Men klaagt er over dat Palestina wordt overstroomd met artikelen uit landen met een lage valuta, vooral Duitschland. In één week zeven Duitsche schepen te Haïfa. Palestina heeft een hooge valuta. Het Egyptische Pond, dat nog drie percent boven het Engelsche staat. In die omstandigheden is van een Palestinensische industrie geen sprake. | |
VII.Allerlei. De Joodsche melkboeren van Jeruzalem beginnen een melkkoetjes-kolonie buiten de stad. Uitgave van Hebreeuwsche leerboeken in voorbereiding. De Arabische pers tegen Briand's pro-Zionistische verklaring. Het proces tegen de moordenaars van den schrijver Brenner begint deze maand in Jaffa. Een Zionistische delegatie komt hierheen om den toestand te bestudeeren. Het Joodsch Nationaal Fonds bestaat twintig jaar. Mr. Van Vriesland in het directorium. Men spreekt over een spoorweg Haïfa-Mesopotamië. Moestapha Kemal Pasja valt Noord-Mesopotamië aan. Vermindering van het Engelsche leger in Palestina aanstaande. | |
VIII.Laatste nieuws. Morgen komt Achad Haäm in het Land. Geregelde immigratie over Jaffa en Haïfa. De Zevenburgsche Joden gaan een kolonie vestigen in Palestina. Rust in Transjordanië en in Egypte. |