Feuilletons in het Algemeen Handelsblad 1919-1924
(1919-1924)–Jacob Israël de Haan– Auteursrecht onbekendNr 218 Het huis en buitenGa naar margenoot+De ‘Jewish Chronicle’ van den vierden februari heeft den vollen tekst gepubliceerd van het ontwerpmandaat over Palestina. De Londensche correspondenten van de Palestinensische bladen hebben de voornaamste bepalingen getelegrafeerd. En de ‘Chronicle’ van den vierden is aangekomen. Wij weten het dus. Het meeste wisten wij toch al. De Balfour-declaratie wordt herhaald. En uitgewerkt. Met enkele verschillen. Bijvoorbeeld: De Balfour-declaratie beschermde de ‘civiele en religieuze rechten van bestaande niet-Joodsche gemeenschappen in Palestina, en de rechten en den staatkundigen toestand van de Joden in andere landen.’ Van de Joden in Palestina werd niet gesproken. Toch hebben een deel der orthodoxe Joden behoefte aan bescherming tegen de drift van de nationale Joden. Artikel 2 van het ontwerpmandaat beschermt nu duidelijk de religieuze rechten van alle bewoners van Palestina. De vage woorden ‘Jewish National Home’ blijven gebruikt zonder eenige verklaring. Er staat ook niet: ‘Palestina moet gemaakt worden tot het Joodsch-Nationaal-Tehuis’. Maar: ‘In Palestina zal gevestigd worden een Joodsch Nationaal Tehuis’. Maar het geheele mandaat is zoo vaag, dat men er alles of niets van maken kan. Sir Herbert Samuël zal er, tot geluk van ons volk, wel alles van maken, wat er van te maken is. Toch blijft het een gevaar, dat wij bijna geheel afhangen van éénen enkelen persoon, die dan nog werken moet met een grootendeels onwilligen en onverschilligen staf. Jabotinsky zal wel niet tevreden zijn. Er is geen Joodsch legioen. Wel kan een nationale militie worden gevormd. Maar wanneer die gedeeltelijk uit Arabieren en gedeeltelijk uit Joden bestaat, krijgen wij misschien mettertijd een vroolijk spel van moord en doodslag. De nationale ‘Jewish Chronicle’ is teleurgesteld. De anti-Joodsche ‘Morning Post’ tevreden. Volgens het conservatieve blad laat het mandaat van de Balfour-declaratie niets over. De Arabieren kunnen het wel aanvaarden. Daarentegen is Ben-Jehoedah weder tevreden. De pro-Zionistische ‘Times’ acht het mandaat niet schitterend, maar voldoende. ‘Daily Mail’ en ‘Daily Express’ protesteeren tegen den nieuwen last op de Engelsche belastingbetalers. ‘Daily News’ wijst op de onbaatzuchtigheid van Engeland, dat voor zich zelf geen bijzondere handelsvoordeelen heeft bedongen. De groote Amerikaansche bladen achten het mandaat maar matig voor het Joodsche volk. | |
II.De laatste omwisselingen in het Engelsche ministerie zijn voor ons van groot belang. Winston Churchill is van Oorlog naar Koloniën overgegaan. Oorspronkelijk was mr. Churchill Kamerlid voor Noord-West-Manchester met een belangrijke Joodsche bevolking. Later werkte hij echter mede aan de ‘Morning Post’. En in de laatste jaren beschuldigde hij bijzonder de Joden van bolsjewisme. Tegelijkertijd zijn de beide mandaatlanden, Palestina en Mesopotamië van Buitenlandsche Zaken naar Koloniën overgebracht. Evenals Egypte. Dat beteekent, dat Engeland niet zal toestemmen in een geheel onafhankelijk Egypte. Wel vrijheid, maar binnen de ban van het Keizerrijk. Churchill schijnt bijzonder belang te stellen in Oost-Afrika. De verdediging van het Suezkanaal zal misschien van Egypte naar Palestina worden verlegd. Fantasten spreken van een kanaal van de Middellandsche Zee door de Jordaanvallei naar Akabah, dat dan een Palestinensische haven zal worden. Zij hopen, dat Churchill Transjordanië bij Palestina zal voegen. Dat hij Frankrijk zal weten te bewegen tot een afstand van de Jarmuck vallei, die eene Engelsche verbinding tusschen Mesopotamië en Haïfa zou mogelijk maken. Of deze veranderingen, afgescheiden van Churchill's persoon, verbeteringen zijn? Men heeft gesproken over een Middel-Oost-departement als deel van het Departement van Koloniën, onder den pro-Zionistischen afgevaardigde Ormsby-Gore: Palestina, Mesopotamië, Soedan en Egypte. Vier Arabische landen. Waarschijnlijk met één civielen dienst. Maar dat gaat voor Palestina niet. De ervaring heeft geleerd, dat de Engelsche ambtenaren uit Egypte en Soedan slecht met de Joden hier opschieten. Lord Derby, de vroegere Engelsche gezant te Parijs, heeft de wenschelijkheid uitgesproken, dat Engeland Palestina loslaten zou. Men heeft Lord Derby te samen met Churchill genoemd, als leiders van een nieuwe partij tegen Lloyd George. | |
III.Buiten. En thuis? De Palestina-raad is weder bijeengeweest. Men heeft gemopperd over de spoorwegen, die driemaal zoo duur zijn en drie maal zoo slecht als vóór den oorlog. Men heeft gesproken over de nieuwe tabaksbelasting. De regie houdt op. Is hier geen markt voor de Nederlanders? Gewone pijpen worden hier weinig gerookt. Wel Turksche waterpijpen. En geweldig veel sigaretten. Ook eigengemaakte. Ik wil belangstellenden gaarne helpen met inlichtingen en relaties. Men heeft ook over de Palestina-leening gesproken. Sir Herbert heeft gezegd, dat het bedrag nog niet vaststaat. De leening wordt eerst uitgegeven na de goedkeuring van het Mandaat. Doel: spoorwegen, post, telegraaf, telefoon, wegen, havens, regeeringsgebouwen, leeningen aan gemeenten voor waterleidingen enz. Sir Herbert vertrouwt, dat de leening het land tot zóó grooten bloei zal brengen, dat rente en aflossing zonder nieuwe belastingen zullen kunnen worden betaald. De nationale Arabische bladen echter zijn woedend tegen de leening gekant, omdat zij zeggen, dat het land den last niet dragen kan. Zij hebben bij den Volkerenbond geprotesteerd. | |
IV.Thuis. Een Joodsch-Nationaal Tehuis. Zóó Engelsch als Engeland Engelsch is? Neen, zóó wel niet. Maar op het oogenblik hebben de Engelschen hier toch de meeste huiselijke posities. De meeste Engelsche hoofdambtenaren zijn nog uit den legertijd over. Ze zijn misschien wel eersteklas. Maar misschien ook wel niet. Ze krijgen ook veel hoogere salarissen. Een Engelsche politie-sergeant meer dan een Arabische politie-luitenant. De Engelsche Joden worden als Engelschen betaald. De locale Joden als de Arabieren. De zaak is, dat de salarissen voor Engelschen in Egypte goed hoog zijn. Arabisch sprekende Engelsche ambtenaren krijgt men uit Egypte. Ze krijgen dan hier een betere positie en een beter salaris. Anders komen ze niet. Want voor land en volk voelen ze meestal niets. Zelfs het Engelsche weekblad ‘Palestine Weekly’ klaagt. Men moet niet in de eerste plaats de salarissen verlagen. Maar men moet het aantal ambtenaren verminderen. Daarbij: gelijk loon voor gelijk werk. Zonder onderscheid van geboorteland. | |
V.De Franschen en wij. Een druk verkeer. Sokolov bij president Millerand. Sokolov bij den minister Briand. Sir Alfred Mond bij den minister Briand. Een interview van Sokolov met de ‘Matin’: ‘het Joodsche volk is Frankrijk zóó dankbaar’. Zeker voor de mooie noordgrens! Wij hooren, dat Frankrijk zijn Transjordaansch gebied gaat bevolken met Armeniërs en Koerden. Een wereldvrede in het klein. En de Noordgrens? Men zegt, dat Frankrijk in eene verbetering wil toestemmen tegenover concessies in West-Afrika, bijzonder Gambia. De Oostgrens? Volgens verklaringen van eenen aanzienlijken ambtenaar van het Transjordaansche, willen de Arabieren daar eene nationale regeering met steun en bescherming van Engeland. Een deel van Palestina zijn, willen zij niet. De Zuidgrens. Krijgen wij Akaba? Het wordt misschien een belangrijke haven, wanneer Engelsch Oost-Afrika tot bloei komt. Frankrijk en wij. O, we zijn zoo dankbaar. Bijvoorbeeld: er is een felle censuur op de Syrische pers. Maar artikelen tegen het Joodsch-nationale Tehuis worden geregeld toegelaten. En de plaatsvervangende Hooge Commissaris van Syrië M. Robert de Caix. Eenige weken geleden heeft hij ons verzekerd van zijne vriendschap voor de Zionistische leiders. Wij zijn daar dankbaar voor. En wij vergeven dus gaarne, dat Mr De Caix in eene verklaring aan de pers heeft gezegd: ‘Wat de beschuldiging tegen ons betreft, dat wij naar uw land zijn gekomen, om het te koloniseeren, die is absoluut onjuist. Die beschuldiging moet niet tegen ons worden ingebracht, maar tegen de Joden, die sinds zij in Palestina zijn gekomen, hun best doen om het land op te koopen, de welvaart naar zich toe te halen en de openbare werken voor zich te monopoliseeren.’ En ook hiervoor zijn wij dan maar weer dankbaar. | |
VI.Engeland. Frankrijk. Wij. Weizmann en Sir Alfred Mond zijn weder thuis. En wij wachten. In een toestand van gelatenheid. De crisis? Wij zijn eraan gewend. Misschien is het hier op 't oogenblik beter dan in menig ander land. Van groote, opvallende, werkeloosheid is geen sprake. Maar toch is dit niet, wat wij hadden gedacht meer dan drie jaar na de Balfour-declaratie en bijna een jaar na San-Remo. Toch moeten wij voor San Remo dankbaar zijn. Een volkenrechtelijke ketterij, zoolang het Turksche vredesverdrag niet geteekend is. Maar denk eens, dat wij nu nog met het militaire bestuur zaten! Maar San Remo is negatief. Een mogelijkheid. Waar zijn onze krachten? In eenen vorigen brief heb ik reeds geschreven, dat Weizmann zijn beloften aan de Amsterdamsche orthodoxie gedaan, niet gehouden heeft.Ga naar voetnoot2) In geen enkel interview in geen enkele vergadering, heeft hij één woord gezegd tegen de ontwijding der heilige Joodsche wetten. Maar er is geen interview geweest en geene vergadering, waarin hij niet zonder eenig voorbehoud is opgekomen voor de belangen van het nationale onderwijs. Daarvoor hebben de Achad-Haämisten wel gezorgd. Na zijn vertrek hebben de onderwijzers nog eene officieele verklaring gepubliceerd. De beide Mizrachistische rabbijnen Fischmann en Dr. Schönfeld, hebben met Dr. Weizmann over deze belangen gesproken. En Weizmann heeft gezegd, dat ze gelijk hadden. Wij hebben dit met héél kleine letters in een héél klein weekblad kunnen lezen. Max Nordau heeft zich in een interview met eenen Amerikaanschen schrijver beter uitgesproken: ‘ik zeg, dat iedereen, die den Sabbath ontwijdt op de plaats, waar eens de Tempel heeft gestaan, den dood verdient. Want hij wil erger doen dan de moord op een mensch: moord op de ziel van een Volk’. | |
VII.Wij zijn toch een lief en wonderlijk volk. Verleden jaar hebben we met luid gejuich een joodsche Deputatenvergadering gekozen. Na veel strubbelingen is die bijeen gekomen. En er is besloten, dat iedere volwassen Jood voor het Bestuur van den Jischoeb een vrijwillige gave zou geven van één shilling. Men noemde dat: ‘de Rots van den Jischoeb’. In weerwil van alle mogelijke en onmogelijke reclame is dat zaakje mislukt. Een onbegrijpelijke psychologie. Wel gaan stemmen. Op sommige plaatsen zijn alle kiezers opgekomen. Maar een shilling betalen? En de Jischoeb wil toch wel geven, dat is in de Verlossingsweek gebleken. De Volksraad is natuurlijk gauw klaar. Ze zijn naar Sir Herbert gegaan met verzoek de bevoegdheid te krijgen tot het heffen van verplichte belastingen. | |
VIII.In de Zionistische wereldorganisatie slapte en verwarring. Als Sir Herbert er eens niet was! Er is nu te Londen een centrale Economische Raad opgericht. Een afdeeling in Egypte. James de Rothschild heeft in Amerika een dergelijken raad opgericht. Maar willen die van Amerika onder Londen staan? En hoe verhoudt zich die Economische Raad tot de bestaande Zionistische colleges? Wat is eigenlijk de taak van dien Economischen Raad. Alleen inlichtingen verschaffen? Of zelf ook als ondernemer optreden? Maar wat blijft er dan over van het particuliere initiatief, waarover Brandeis en Sir Alfred Mond zooveel hebben gesproken? Het is een verwarde toestand. De oude, geschoolde Zionisten komen uit Oosteuropa en Middeleuropa. Maar ze hebben geen waard geld. Engeland, de mandaatmogendheid, heeft geen oud, Zionistisch Jodendom. En Amerika moet het geld geven. Niemand weet, wat iemand wil. De Groote Bestuursvergadering te Londen, die verleden week zijn moest, is uitgesteld. Jabotinsky had in de ‘Jewish Chronicle’ en in ‘Haäretz’ ten minste een plan gepubliceerd. Maar als het Bestuur niet bijeenkomt, kan dat niet doorgaan. Leon Castro is hier geweest voor overleg met Sir Herbert over de oprichting van een hypotheekbank. Hij is een van de leiders der Egyptische Zionisten. Volgens hem zijn Weizmann en Sir Alfred er over eens, dat alle economische arbeid moet worden overgedaan aan den Economischen Raad. De Zionistische Organisatie zou dan voor onderwijs zorgen, armwezen enz. En waarvoor zou dan het Kérén Hajesod, het Opbouwfonds, dienen? Jabotinsky wil één organisatie, en één kas. Maar Brandeis heeft in een interview verklaard, dat hij tegen het Kérén Hajesod is, omdat het alleen berust op een ledig enthousiasme en niet op een verstandig uitgewerkt plan. Hij is ook tegen Jabotinsky's eisch, dat iedere Jood een tiende van zijn vermogen geven moet. De Amerikaansche Zionisten werken dus niet voor het Kérén Hajesod. En zij zenden geene afgevaardigden naar de Londensche vergadering. | |
IX.De algemeene economische crisis doet zich hier niet erger gevoelen dan elders. En de financieele crisis in het Zionisme, die nu al duurt van Augustus af? Daar zijn we aan gewend. Er mag eens een weeshuis worden gesloten in Jaffa, of een ziekenhuis in Hebron. Maar overigens! Wij wachten op eenen geschikten opbouwvorm voor Palestina. Men is nu weer veel minder coöperatisch en socialistisch dan een paar jaar geleden te Pittsburg. Sir Alfred Mond heeft de oude koloniën zeer geprezen. De zonen der kolonisten hebben zich georganiseerd in eene vereeniging: ‘De zonen van Benjamin’, naar den Franschen baron Edmond de Rothschild, wiens Joodsche naam Benjamin is. Zij willen hunne rechten doen gelden tegenover de nieuw-aangekomenen, de chaloetsiem. Hun orgaan is natuurlijk de ‘Doar Hajom’. En twee van hunne leiders zijn Ittamar ben Awi, zoon van Ben Jehoedah, en kapitein Alexander Aronssohn D.S.O. De opbouw van het land gaat, de omstandigheden gerekend, niet eens zoo heel slecht. Het kon economisch veel erger zijn. Verleden jaar gaf een goede oogst. En ook dit jaar laat zich goed aanzien. Er wordt veel meer land bebouwd dan vroeger. Want de soldaten zijn weer thuis. Wie zijn land niet bebouwt kan zijn rechten erop verliezen. En de prijzen zijn goed. Wanneer de late regen óók goed komt zal er vier maal zoo veel tarwe zijn als wij noodig hebben. Men hoopt op een uitvoer van 80,000 ton gerst. En van 10,000 ton peulvruchten. Dit is trouwens alles een Arabisch voordeel. De Joodsche producten zijn: sinaasappelen, amandelen, olijven (weinig) en wijn. De amandelen beloven al goed. De handelsbeweging over December. Invoer 560.000 pond, dat is 180.000 pond meer dan in December van het vorige jaar. Uitvoer 67.000 pond, dat is 2000 meer. Engeland zond voor 160.000 pond. En ontving voor 14000. Amerika houdt de tweede plaats met 75.000. En Holland de derde met ruim 60.000 pond. Ik geloof, dat wij hier een goede markt kunnen maken: sigaren, sigaretten, lucifers, bier, likeur, cacao, chocolade, bonbons, kaas, boter in busjes, landbouwwerktuigen, katoenen stoffen, schoenen enz. Indië zond voor ruim 40.000 pond. Egypte voor 35.000. Ik hoop, dat Holland zijn handel op Syrië en Palestina zal uitbreiden. En nu ik land en lieden begin te kennen, wil ik de Hollandsche kooplieden gaarne helpen. Ik hoor, dat de firma Volker en Bos de haven van Jaffa geheel of gedeeltelijk zal maken. Jaffa is nu ver boven Haïfa uit. De handelsbeweging van Jaffa is 270.000 pond geweest, die van Haïfa 203.000. Ook nieuwe industrieën vestigen zich meer te Jaffa dan te Haïfa. Ingevoerd werd in deze laatste maand December, in duizenden van ponden: suiker 66; geweven goederen 56, dat is bijna een millioen meter; petroleum 35; ijzer en staal 22; rijst 21. Uitgevoerd: sinaasappelen 30; wijn 8, zeep 4 ½, noten 2. Ook alles in duizenden van ponden. In het district Hebron is men begonnen tabak te verbouwen. Het departement van handel en industrie heeft een leeszaal en monsterkamer geopend. Artikel 18 van het ontwerp-mandaat verbiedt Engeland zijn handel te begunstigen door verschil in rechten. Aan den anderen kant moet men zich geen overdreven voorstelling maken. De berichten, die onder den naam ‘Opbouw van Palestina’ blijkbaar uit een centraal punt aan de pers worden medegedeeld zijn pijnlijk overdreven. | |
X.Steenkolen zijn hier niet. Hout is schaarsch. Petroleum is er tot dusverre in 't land zelf ook niet. Dit belemmert de spoorwegen en de fabrieken. Wij hebben gehoord van electrificatie-plannen voor het geheele land. De ingenieur Ruttenberg had die opgezet. Over het algemeen had hij hier vertrouwen. Maar nu begint men weer te beweren, dat het land eigenlijk voor electrificatie te klein is. De benoodigde kapitalen zijn te groot. Ook is het nog de vraag, hoe Frankrijk het vallende water met ons regelen wil. Ruttenberg is weer op reis: Londen en Amerika. Maar de Amerikaansche Joden, die héél Amerikaansch zijn, zullen wel een ander mannetje hebben en een ander plan. Voorloopig zal Petach-Tikvah geëlectriseerd worden. Voor iedere dunam land moet iedere kolonist twee en een half pond betalen. En dan is het er. Petach-Tikvah krijgt ook een spoorwegverbinding met de lijn Jaffa-Haïfa. Vijf kilometer. Kost twintigduizend pond. Men zegt, dat Baron Edmond de Rothschild het geld aan de spoorweg-administratie heeft voorgeschoten. | |
XI.Immigratie en emigratie. Wij moeten twee dingen goed uit elkander leeren houden. De opbouw van een Joodsch Nationaal Tehuis in Palestina. En de nood der Oosteuropeesche Joden. Palestina kan niet veel opnemen. Een duizend man per maand. En dan nog alleen ongehuwden. Voor onbemiddelde gezinnen is hier feitelijk geen plaats. Al die verhalen van onze propagandisten: 30.000 het eerste jaar, 50.000 het tweede, en zoo op tot 100.000 per jaar - dat zijn verhalen. Op het oogenblik schijnt de immigratie vrijwel stop te staan. Wij lezen in de bladen niets over de aankomst van chaloetziem. Integendeel. De Zionistische arbeiderspers in Oost Europa schrijft, dat geen visa worden gegeven zonder een certificaat van het Zionistisch Bureau te Weenen. Dit heeft er slechts honderd gegeven, terwijl vierhonderd werden gevraagd. Er zijn in het jaar 1920 tienduizend Joden in Palestina gekomen. Drieduizend, die gedurende den oorlog gevlucht waren. En zevenduizend nieuwe. Waarvan zesduizend vijfhonderd uit Centraal- en Oost-Europa. En de overige vijfhonderd uit Amerika, West Europa enz. De Regeering wil een kamp maken bij Jaffa voor de landing, quarantaine enz. De toestand van de pionieren ( = chaloetziem) is niet zoo slecht. Ze zijn jong. Ze werken. Ze zijn samen. Een groep jongens en meisjes samen, hebben onlangs te Haïfa een kolenboot gelost. Ze zijn zingend van en naar de haven gegaan. Veel moeilijker is de toestand voor gehuwde immigranten. | |
XII.Kleinigheden. De Regeering heeft het invoerrecht op vee verlaagd tot drie percent, wegens den vleeschnood. De Volksraad heeft besloten een delegatie naar buiten te zenden om geld te verzamelen voor den Jischoeb. Gelukkig zal dit wel niet doorgaan. De Mopsen, onze vrienden van de derde Internationale, willen niet betalen aan de Rots van den Jischoeb. Zij willen ook niet Hebreeuwsch spreken. De vereeniging. ‘Haboneh’ = de Bouwer, bouwt een twintig huizen te Tel-Aviv. Er is ook een betonfabriek. Een fabriek van kurken. En van dakdek. De Volksraad heeft den Italiaanschen staatsman Luzatto een mooi antwoord gezonden op zijnen mooien brief. Het arbeidersweekblad ‘Kontreis’ is voor een maand geschorst, wegens een artikel tegen Gouverneur Storrs van Jeruzalem. Ze hadden gehoopt te worden gedagvaard in rechte. Dan hadden ze willen bewijzen, dat generaal Storrs schuld had aan de troebelen met Paschen. Van de schorsing trekken zij zich niets aan. Ze zijn verschenen op 't zelfde papier, zelfde druk, zelfde formaat. Alleen andere naam: ‘Een brief’. Sir Herbert zal van de week eene lezing houden over Keats, ter gelegenheid van den honderdsten jaardag van diens overlijden. Generaal Gouraud keert naar Syrië terug. Hij wil Alexandrette tot groote Middellandsche zeehaven maken. Dit zal wel gaan ten koste van Haïfa. Hadassah heeft zijn hospitaal te Hebron gesloten. Het vonnis tegen Jabotinsky en zijn Negentien is vernietigd. Sir Herbert had amnestie gegeven. Maar kon het vonnis van den krijgsraad niet te niet doen. Dit is nu gebeurd door den opperbevelhebber in Egypte, behalve voor zooveel betreft het verboden bezit van een revolver. De achttien weggeloopenen uit de gevangenis te Jeruzalem loopen nog. Een roover uit de buurt van Zichron Jaäcob, die zeven moorden op zijn geweten had, is doodgeschoten. Er zijn nu weer roovers aan den weg naar Jaffa en naar Jericho. | |
XIII.Thuis. Wat doen onze Arabische medebewoners. De politiek van Sir Herbert is duidelijk. Hij werkt krachtig en bewust aan de nationale eenheid van de Joden. Tegen de Arabieren is hij voorkomend en beleefd, zoolang zij niet raken aan de Balfour-declaratie. Het Arabische congres te Haïfa. Er waren besprekingen met Sir Herbert en met Generaal Deedes, den staats-secretaris, of de regeering hen erkennen zou als vertegenwoordigend het Arabische volk. En ziet: ineens kwamen betuigen los tegen het congres. Niet van vereenigingen. Maar van bekende of onbekende personen. Bijvoorbeeld één uit Hebron. En Hebron is juist een anti-joodsche stad. Ook een uit Jeruzalem, geteekend dóór een aantal leden van de familie Galdi, en door den sjeikh van Aboe-Gosch, het oude Kirjath Jeariem aan den weg naar Jaffa. Aboe-Gosch heeft verleden jaar reeds eene pro-Zionistische verklaring in de bladen gepubliceerd. Het is moeilijk na te gaan, wat er achter dit alles zit. Men zegt, dat prof. Yahuda achter het Jeruzalemsche protest heeft gewerkt. Sir Herbert heeft tenslotte geweigerd het congres te Haïfa te erkennen, omdat zij zich niet willen nederleggen bij de Balfour-declaratie. Zijnerzijds heeft het Bestuur tegen Sir Herbert geprotesteerd bij de Engelsche Regeering en bij den Volkerenbond. Er zijn anti-joodsche pamfletten verspreid te Hebron en te Jeruzalem. De Arabische pers wordt weder fel. De gouverneur van Jeruzalem heeft gedreigd met stopzetten, wanneer zij zich niet matigden. De redacteur van ‘E1 Aksa’ is veroordeeld tot een maand gevangenisstraf met vijftig pond boete wegens een anti-joodsch geschrift. Wij hooren ook weder iets van den Emir Feisoel. Hij heeft geprotesteerd tegen de mandaten als strijdig met de beloften aan zijnen vader gedaan. Hij heeft in Italië een anti-Fransch propagandabureau. Te Londen heeft hij een interview gegeven. Het Arabische volk is ontevreden. Er is gisting in het Oosten, waaronder ook de Zionistische zaak lijden zal. Feisoel heeft ook weer gesproken over een overeenkomst met dr. Weizmann, waarmede en de Palestinensische Arabieren en de Zionisten tevreden zouden zijn. Ach, als wij dat eens mochten zien. En nu, het stormt en het regent hier weder, vaarwel. |
|