Feuilletons in het Algemeen Handelsblad 1919-1924
(1919-1924)–Jacob Israël de Haan– Auteursrecht onbekendNr 146 Emoties.Ga naar margenoot+De Eeuwigheid heeft het verbazend aardig voor ons in elkander gezet. Denk toch: Maandag was door de rabbijnen gemaakt tot eenen algemeenen vastendag, rouw voor alle rampen, die de laatste weken over ons hebben gebracht. En juist Maandagmiddag ontving de Zionistische Commissie een telegram uit Londen, waarin zou staan, dat het Heilige Land was gegeven aan het Joodsche Volk onder mandaat van Engeland. Een geweldige ontroering eerst op de Commissie zelve. Toen op straat, waar de blijde tijding zich snel als de wind verspreidde. De menschen dansten en sprongen, en zongen Hatikwah. Oessiskin met een massa jongeren trok naar de groote Synagoge, genaamd Goerwe. De Rabbijn Kuk hield er een klaagrede. Oessiskin verschijnt en kondigt aan, dat de rouwdag is verkeerd in eenen dag van vreugde. Hij spreekt de zegebede uit ‘Die ons in het leven heeft gehouden’. Een geweldige opwinding. Er worden vreugdezangen gelezen. En men trekt naar de Sefardische Synagoge, genaamd Rabbi Jochanan ben Zakkai. En van daar met honderden en honderden naar den Klaagmuur. Den geheelen avond duren de vreugde en de opwinding voort. De Arabieren zien het aan. | |
II.En, vraagt nu wellicht een nuchter mensch: ‘wat is er dan eigenlijk wel besloten, dat gij ineens zijt gekomen van de diepste droefheid tot de hoogste vreugd?’ Het mooie is juist, dat niemand hier nuchter is en dat niemand dit vraagt. De vergadering in San Remo heeft besloten, dat Engeland het mandaat over Palestina hebben zal. Dat de Balfour-declaratie werkelijk zal worden ten uitvoer gebracht. We zullen dus een Joodsch Nationaal Tehuis mogen bouwen, mits niets wordt gedaan tegen de rechten der tegenwoordige bewoners. Verder zullen de grenzen worden geregeld tusschen Frankrijk en Engeland en de bewaking van de heilige plaatsen zal later worden bepaald. Iets nieuws hebben wij dus eigenlijk niet gekregen. We zullen nu verder alles met Engeland hebben te regelen. Hoeveel grond zal men het Joodsche Volk geven? Mijnen, concessies, havens, enz. We weten nog altijd niet, wat dat eigenlijk beteekent: ‘Een Joodsch Nationaal Tehuis’. Laten wij onze kalmte bewaren. Twee en een half jaar na de Balfour-declaratie heeft Jabotinsky vijftien jaar tuchthuis gekregen wegens het organiseeren van eene Joodsche zelfverdediging. Negentien andere jonge Joden ieder drie jaar. Morgen komen weder vijf nieuwe zaken voor. De zegespreuk: ‘Die ons in 't leven heeft gehouden’, die kennen wij. Die is twee jaar geleden ook uitgesproken, toen de eerste steenen van de Hebreeuwsche Universiteit werden gelegd. Laten wij eens kalm afwachten, hoever wij zullen zijn twee en een half jaar na dit fameuze telegram uit San Remo. | |
III.Wie boft? De constituante. Er is ineens een vloedgolf van nationalisme over het volk gevaren. Drie weken geleden waren de Zionisten nog de slechte lieden, die ons in moeilijkheden hadden gebracht. Vandaag zijn zij de brengers van den Joodschen Staat. En vele orthodoxen willen daar wel aan mededoen. En ach: ‘orthodoxie, de echte Joodsche orthodoxie zal het niet lang meer maken’. Er is al eene vereeniging opgericht van vooruitstrevende orthodoxie. Jeruzalem, dat eene vrome, stille leerschool was, is een luide, hatelijke markt geworden. Met veel ophef heeft men over de geheele wereld getelegrafeerd, dat met verlof der rabbijnen, orthodoxe Joden op het Paaschfeest een spoed-adres aan de regeering hebben onderteekend. De toeleg is duidelijk. Men wil het volk doen begrijpen, dat de Joodsche godsdienstwetten moeten wijken voor de belangen van den Joodsch-nationalen strijd. Zooals bijvoorbeeld ook de Maccabeeën streden op Zaterdag, wanneer noodig. Het is heel mooi. Maar van dat verlof der Rabbijnen is geen woord waar. De Rabbijn Kuk heeft alleen gezegd, dat in geval van onmiddellijk dreigend levensgevaar op feestdagen mag worden gewerkt tot afwering daarvan. Maar ja, wij hadden den laatsten dag van 't Paaschfeest eene vergadering van juristen, om te beraadslagen over de verdediging van een aantal Joodsche vervolgden. Men maakte zich gereed gewichtige notulen op te zetten. Een van de aanwezigen verzocht dit heden na te laten. Oessiskin, die voorzat, antwoordde, dat de Rabbijn Kuk en twee andere rabbijnen veroorloofd hadden dien dag te werken. Een vergissing. Wat thans lichtvaardig wordt weggeworpen, zal later bitter worden betreurd. | |
IV.Wie boft? De constituante. De verkiezingen moesten gehouden zijn voor veertien dagen. Zij zijn nu in het geheele land gehouden, behalve hier, waar de stemdag heden is. Tot op het laatst is men nog doende een compromis te vinden, dat ook de orthodoxie in staat zal stellen, mede te doen. De groote moeilijkheid is het vrouwenkiesrecht, vooral het passieve. Als alles afgeloopen is, zal ik u over den geheelen uitslag schrijven en over de psychologische beteekenis ervan. Nu slechts enkele opmerkingen. Het is merkwaardig hoe weinig vrouwen er gekozen zijn. Zelfs op de candidatenlijsten van de linksche partijen, die van het vrouwenkiesrecht iets heiligs hadden gemaakt, kwamen weinig vrouwen voor en op lage plaatsen. De vrouwen moeten ook niet zeer vrouwelijk hebben gestemd. In Jaffa zijn meer dan drie duizend stemmen uitgebracht. Daarvan kregen de candidaten der vrouwenvereeniging een goede honderd-twintig. Natuurlijk hebben er wel veel meer vrouwen gestemd. De Mizrachie doet mee, tegen het advies van bijna alle rabbijnen, nadat verleden jaar besloten was, zich te houden aan dat advies. De Mizrachie wil niet zeggen: de leden. Maar de betaalde propagandist uit Amerika met enkele vrienden, die het Amerikaansche geld in handen hebben. Er is wel besloten, dat het centrum te Jeruzalem zal zijn. Maar de Man met het Amerikaansche Geld is toch in Jaffa gebleven, waar hij minder last heeft van de meer orthodoxe Jeruzalemsche leden. Zijn laatste duikeling: een bericht in de bladen, dat de Mizrachie wel aan de verkiezingen meedoet, maar dat zijn gekozenen geen zitting zullen nemen met vrouwen. De gekozen vrouwen zullen dus vrijwillig afstand moeten doen van haar mandaten. Of de vergadering zal moeten besluiten de vrouwen niet toe te laten. Of de gekozen Mizrachisten zullen toch met vrouwen zitting nemen. En dat laatste zal wel gebeuren. Maar over dit alles later meer. | |
V.De emoties. Vele emoties. Jabotinsky en zijn negentien zijn half-weg Egypte weer naar Palestina teruggezonden. Men had gehoopt: Jeruzalem. En had reeds een schitterende ontvangst aan het station voorbereid. Hij is de held van den dag en staat op allerlei candidatenlijsten nummer één. Maar de twintig zijn naar Akko gezonden. Men zegt, dat de straffen reeds aanmerkelijk verzacht zijn. Voor Jabotinsky van vijftien jaar tot één. Voor de negentien van drie jaar tot zes maanden. Generaal Bols, de gouverneur-generaal heeft weder een aantal vertegenwoordigers van alle gemeenten bij zich ontboden, en hun uiteengezet, hoe de regeering nu worden zal. Het is nogal ver af van Weismanns wensch: ‘Palestina zoo Joodsch als Engeland Engelsch’. Wij krijgen een Engelsche Regeering. Geen voorrechten voor eene min-minderheid. De immigratie komt onder contrôle van Engeland en zal worden geregeld naar de behoeften en de mogelijkheden des lands. Er is niets gezegd over de erkenning van het Hebreeuwsch en van de Joodsche Heilige Dagen. Kolonel Scott, de waarnemende leider van het departement van justitie. Geen vriend van de Joden. Hij heeft ons veel kwaad gedaan. Juist in deze dagen als adviseur van de Commissie van Onderzoek door Lord Allenby hierheen gezonden. Maar 't is uit. Van de week kwam de kolonel in het gerechtsgebouw, waar een groote menigte wachtte. ‘Dring niet zoo’, zegt de kolonel, ‘'t is geen Jodenkerk’. O, noodlot: mr. Van Vriesland was juist daar, waar 't geen Jodenkerk is. Hij heeft werk van de zaak gemaakt. En kolonel Scott heeft ontslag genomen. Emotie. Morgen weer zitting van den krijgsraad. De zaak duurt al drie dagen. Want, wij met ons vijven rechtsgeleerden, verdedigen onze jongens met hand en tand. |