Corpus van Middelnederlandse teksten. Reeks II. Literaire handschriften. II-6. Sinte Lutgart, Sinte Kerstine, Nederrijns moraalboek
(1987)–Maurits Gysseling, W. Pijnenburg– Auteursrechtelijk beschermdVan den iammerre dat si maecte uoer de gene d[ie] uerdoe[md]Ga naar voetnootct) waren
Ga naar margenoot+ Si vlau oec alte ernstelec sere
35[regelnummer]
werelec glorie prijs ende ere
ende seideGa naar voetnootcu) dat daer om sunderlinghe //
Ga naar margenoot+ voel meer dan van andren dinghe
de gene torment souden liden
Ga naar margenoot+ vroech ende spade in allen tiden
40[regelnummer]
jn die helle ocht int veghvier
dien xpistoc in dit leuen hier
| |
[pagina 126]
| |
verstennesse der waerheit heft gegeuen
ende daer na nyet en willen leuen...
Ga naar margenoot+ Als drueue ende rouwech plach si te gane
altoes, als dier god gaf te verstane
5[regelnummer]
der geenre loen di dagelike
storuen, beide arm ende rike
weder dat si worden verloren
Ga naar margenoot+ ocht dat si waren vtuercoren...
Als yman in de stat was doet
10[regelnummer]
dies mesdaet dat had geweest so groet
dat hi verdoemt was, ende si dat kinde
[j]n den geeste, die gods geminde
Ga naar margenoot+ so wenesse sere ende maecte groet seer
ende quelde haer seluen ende quelde har noch meer
15[regelnummer]
crumde haer arme op ende neder
ende broecte har vingere ginder ende weder
ende broekesse so geredelec, datd sceen //
Ga naar margenoot+Ga naar margenoot+ dat si morv waren sonder been.
De rouwe dien si daer af moest dragen
20[regelnummer]
was onverdrachleke hen allen died sagen
want si toende so groten rouwe
dat nyman so hert en was man noch urouwe
Ga naar margenoot+ DieGa naar voetnootcv) sonder groet iammeren consten gedraghen
Dat iammer dat si aen haer saghen..
25[regelnummer]
Voer die oec die stoeruen, ende di souden
te hemelrijc comen, ende wenden behouden
so spranc si oppe ende was so blide
Ga naar margenoot+ datd wonder was tien seluen tide
te scouwene di grote bliscap di si
30[regelnummer]
Daer omme dreef di maget vri.
daer om de gene die de cracht
hars geestsGa naar voetnootcw) bekinden ende die macht
Ga naar margenoot+ si mochten wel merken oppenbare
aen haren rouwe ocht aen hare
35[regelnummer]
bliscap die si dreef, wat dien
die inde stat staruen soud gescien.
Si stont genedechlec ende willechlec oec bi
Ga naar margenoot+ dien lagen ende staeruen, ende troestese dat s[i]
hen biechten van allen haren mesdadenGa naar voetnootcx)//
40[regelnummer]
Ga naar margenoot+ ende daer af penitensie daden
ende boedscadGa naar voetnootcy) hen troest ende geual
| |
[pagina 127]
| |
ter bliscap di euwelecGa naar voetnootcz) duren sal
Ga naar margenoot+ ende oec verueresise metter pinen
daer men den sundere sal met traiynen
sonder inde ende euwelike
5[regelnummer]
dier pinen es en geen gelike
Dat en deed oec de maget rene
Ga naar margenoot+ aende kerstene liede allene
maer aen de iodendeed si oec dat
dier alte vele doen was ind stat
10[regelnummer]
ende had met hen so groet meedogen
datGa naar voetnootda) sise bekeert hadde, had si gemogen
Ga naar margenoot+ alleGa naar voetnootdb) watter was ind stat
[e]nde seid hen ende getuegde hen dat
[d]atGa naar voetnootdc) xpistoc ware in allen dinghe
15[regelnummer]
[o]ntfaermehertechGa naar voetnootdd), maer sunderlinghe
[d]en genen dien waren haerGa naar voetnootde) sunden leet
Ga naar margenoot+ [e]nde te bekerene te hem bereet
[e]nde dat hi alte node nemt wrake
[o]uer den sundere, maer dat hi suect sake
20[regelnummer]
[a]lsi hen in sunden hebben versoemt //
Ga naar margenoot+ daer si omme souden werden verdoemt
Ga naar margenoot+ so suect hi ocsuen hoe hine mochte
verlosen, dien hi diere cochte
ende hoe hise selech mochte maken
25[regelnummer]
di onselech waren met sundeleken saken.
alsi dit seide van onsen here
Ga naar margenoot+ so waert si ouergoten sere
met wonderleker gracien van haren monde
op di selue vre ende op di stonde...
30[regelnummer]
Si seid oec dat di stat, weer bi
der hellen, van gode geleght, daer si
Ga naar margenoot+ moten in liden haer veghuier
di met suaren sunden hier
op ertrike, hebben omgeghaen
35[regelnummer]
daer god sijn gracie hadde met gedaen
ende had hen in dinde docht rouwe gegeuen
Ga naar margenoot+ daer si met also behouden bleuen,
na de woerde sinte kerstinen
so es die stat so gruwelec van pinen
40[regelnummer]
dat tuschen de helsche pine ende de gene
en geen ondersceden en es, dan allene
| |
[pagina 128]
| |
Ga naar margenoot+ dadGa naar voetnootdf) dat hoer hoep es ende hoer troest //
Ga naar margenoot+ dat si doch moten werden verloest.
Si seid oec dat voer seker waer
datte viande bi hen sijn daer
5[regelnummer]
ende datse den vianden van der hellen
Ga naar margenoot+ geleuert sijn diese daer quellen
also vele te suarlekerGa naar voetnootdg), al sijt
wel weten, dat si corteren tijt
selen mogen de gene daer quellen
10[regelnummer]
dan die si quellen in der hellen
Ga naar margenoot+ dies nommermeer inde werden en mach
des werd doch inde voer doemelsdach...
|
|