En ook de spijkers, één duim, twee duim en twee en een half.’
‘Dus je gaat nu van huis, okee, tot over een uur. Daag, Doei.’
Oom Raymond komt helpen om de zolderkamer in orde te maken.
Dit omdat over twee weken Uldine en Shakuntala uit Sranan overkomen.
Zij zullen op de zolderkamer slapen.
Andro vindt 't raar; altijd is hem verteld dat hij niet op de zolder mag spelen, omdat daar de Bigibereman woont.
Een man die zó sterk is dat hij een loksi-boom uit de aarde kan rukken. En nu zullen Uldine en Shakuntala in de kamer van de Bigibereman gaan slapen.
‘Ma, komt oom Raymond de zolderkamer helpen opknappen?’ vraagt Andro.
‘Jaaa...!’ zegt moeder, alsof ze wil zeggen ‘Jij alweer!’
‘Mag ik dan ook meehelpen, ma?’, vraagt Andro.
‘Vraag het straks zelf maar aan je oom’, antwoordt moeder.