Pé Hawinkels
(* Hoensbroek 29 september 1942 - † Nijmegen 16 augustus 1977)
Gebruikte als pseudoniem: CASPER BERNALIS en HANNA H.H. PLOTSKI. Een veelzijdige schrijver van een klein oeuvre, die vooral naam maakte als vertaler van boeken van Thomas Mann, Friedrich Nietsche en Herman Hesse. Schreef daarnaast verschillende toneelstukken. Pé was de jongste in een mijnwerkersgezin van 6 kinderen. Zijn vader was machinist in een elektrische centrale van Staatsmijn Emma en de familie woonde in de Mgr. Lebouillestraat. Hij bezocht de St. Petrusschool in Hoensbroek. Op het Bernardinuscollege in Heerlen deed hij eindexamen gymnasium, waar hij cum laude slaagde. In 1960 ging hij naar Nijmegen waar hij aan de Katholieke Universiteit klassieke talen ging studeren en waar hij een grote rol speelde in het studentenleven. Hij was een wegbereider van de kritische universiteit en een van de eersten die experimenteerde met allerlei nieuwe vormen. Hij was geducht om zijn spitsheid en een lefbek, die alles durfde te zeggen. In het Nijmeegs Universiteitsblad NUB schreef hij gedichten en columns. In 1961 ontstond na een publicatie in het blad over kernbewapening een rel over zijn gedicht Hi-ro-shi-ma, dat als pornografisch werd gekwalificeerd. De rel liep met een sisser af, maar zijn naam was gevestigd. Hij ging steeds meer schrijven. Hij werd medewerker van bladen voor jazz en pop, ontdekte voor veel jongeren de waarde van de nieuwe muziek, schreef over de Beatles en vertaalde zoveel en zo goed dat hij zich op het gebied van vertalen een grote naam in ons land verwierf. Hij was in de jaren zestig een niet weg te denken figuur op de universitaire scène in Nijmegen. Maar dat niet alleen. Hij kende zijn weg in vele Nijmeegse kroegen, voelde zich niet misplaatst in een Amsterdamse koffieshop en was bevriend met dealers in drugs. Hij reed in dure auto's, verdiende graag veel geld (in vakantietijd ging hij werken in de Valkenburgse grotten, waar hij de bezoekers fantasieverhalen vertelde), kleedde zich opzichtig liet cowboylaarzen
uit Mexico