Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
Hoe hoort het eigenlijk?

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1,54 MB)

ebook (3,06 MB)






Genre
non-fictie

Subgenre
non-fictie/lifestyle


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Hoe hoort het eigenlijk?

(1939)–Amy Groskamp-Ten Have

Vorige Volgende

Spel en sport.

Voor alle spel en alle sport, bedoeld in den aller ruimsten zin, bestaat een en dezelfde code van goed gedrag en étiquette; deze code is samen te vatten in twee woorden: Weest sportief!

Er zijn weinig woorden, die zoo ergerlijk misbruikt worden, waaraan zooveel averechtsche beteekenissen worden toegeschreven als aan het woord sportief.

Om er maar enkele te noemen:

Sportief beteekent niet: Luidruchtig, ongemanierd, vrijgevochten noch caricaturaal uitgedoscht, terwijl de sportmaniak het aller eerste begrip van sportiviteit mist.

[p. 241]

Sportief zijn beteekent: Zelfbeheersching bezitten en zelfdecipline, onzelfzuchtig zijn en loyaal (goed kunnen verliezen, zich verheugen in andermans succes en overal en ten allen tijde de regels van het spel strikt eerlijk in acht nemen).

Door woord noch blik verraadt de sportieve speler zijn innerlijke triomf bij winnen noch zijn diepe teleurstelling bij verliezen. De sportieve speler tracht nimmer zijn verlies door noodelooze lange redenaties te verklaren (lees: te verontschuldigen) evenmin zal hij uitweiden over de manier waarop en hoe hij won.

Maar sportief zijn is ook nog iets anders: het beteekent ook en niet in de laatste plaats: een degelijke voorgeoefendheid in de sport of het spel, waaraan men wil deelnemen. Het is even pijnlijk als onaangenaam voor goede spelers - het doet er niet toe om welke sport of welk spel het gaat - te moeten spelen met een krukkebeen, die geen recht heeft het plezier van anderen te bederven.

Alvorens men zich dus waagt aan medespelen hetzij aan boord, hetzij in club, hotel of besloten gezelschap, zorge men ervoor tenminste een middelmatige speler te zijn. Heeft men het zelfs zoover niet gebracht, dan vergenoege men zich met toekijken.


Vorige Volgende