Erfenis en Erfgenamen.
Zij, die erfgenamen zijn van een overledene kunnen een nalatenschap aanvaarden of verwerpen.
Het aanvaarden brengt behalve rechten ook verplichtingen mede.
Deze verplichtingen zijn: het betalen der begrafeniskosten, het voldoen der successierechten en het uitbetalen van de door den erflater toegewezen legaten.
Bestaat er geen testament, dan worden de erfgenamen door de wet aangewezen (wettelijke erfopvolging). Is er een testament, dan worden de erfgenamen door den erflater aangewezen (testamentaire erfopvolging).
No. 1: Directe erfgenamen zijn echtgenooten en kinderen.
Kinderen van voor-overleden kinderen krijgen tezamen het kindsgedeelte, dat anders de overleden ouder zou hebben ontvangen.
Deze kinderen van vooroverleden kinderen gaan vóór bij broers, zusters en ouders van erflater. |
No. 2: Vervolgens erven ouders, broers en zusters (als er geen directe erfgenamen zijn). |
No. 3: Zijn ook deze er niet dan erven grootouders, ooms, tantes, neven en nichten. Met dien verstande dat de helft van de nalatenschap aan de vaderzijde en de andere helft aan de moederzijde komt toe te vallen. |
Neven en nichten erven tot in den zesden graad.
Nadere bloedverwanten sluiten verdere bloedverwanten uit.
Kinderen van een voor-overleden bloedverwant treden tezamen in de rechten en verplichtingen van bedoelden bloedverwant.
Iedereen mag een testament maken behalve minderjarigen, wier daden nog geen kracht van wet hebben en zij, die niet in het volle bezit van hun verstandelijk vermogen zijn, of zij die onder curateele staan.
Zij, die erven, dragen bij in kosten, schulden e.a. verplichtingen.
Zij, die een legaat ontvangen, dragen hierin niet bij.
Een excecuteur testamentair is de uitvoerder van den uitersten wil, dus een door den erflater aangewezen persoon, die de bepalingen van het testament uitvoert.
Erfgenamen, die willen voorkomen dat zij meer moeten betalen dan ontvangen en die toch hun nalatenschap niet willen verwerpen, omdat zij bang zijn tekort te komen wanneer de afwikkeling soms meevalt kunnen aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving.