Aandienen.
Wanneer wij een bezoek afleggen bij lieden, die niet tot onze intieme kennissen behooren, laten wij ons aandienen, hetzij dit een zaken- of een gezelschapsbezoek geldt.
Aanbeveling verdient het dadelijk duidelijk naam en doel van komst mede te deelen aan de ondergeschikte, die de deur opent. Bijvoorbeeld: Ik ben Mevrouw Jansen en ik kom Mevrouw Smit een inlichting vragen. - of: Ik ben Mevrouw Jansen van de openbare lagere school en ik kom een kleine gave vragen voor het Sint Nicolaasfeest van de arme kinderen.
Wie verzuimt naam en doel van komst kenbaar te maken, loopt de kans - en terecht - niet te worden ontvangen door de vrouw des huizes. Wie zich zakelijk ergens laat aandienen krijgt al gauw een formulier in te vullen: naam, adres, doel van bezoek enz. en dan helpt het niet of men er zich afmaakt met een: meneer weet wel waarvoor ik kom! of: dat-zal-ik-wel-vertellen-als-ik-binnen-ben! Daarom doet men verstandig tevoren te overleggen, wat men zal invullen. De huisvrouw, die op goede vormen gesteld is, zal haar personeel weten bij te brengen, hoe zij bekenden en onbekenden moeten aandienen. Hiertoe steken zij niet het hoofd om de hoek van de kamerdeur, maar kloppen, komen binnen en zeggen duidelijk welke persoon er is en wat deze verlangt.
- Mevrouw, daar was een meneer met veters ... - is de gangbare en overigens verkeerde vorm voor: - Mevrouw, daar is een koopman - ... Mevrouw daar was een dame ... wordt gezegd als de dame nog steeds op de stoep staat te wachten, inplaats van: - daar is een dame -
- Mevrouw, daar is Uus Moe - dient de goedwillige, maar nog ongeschoolde dienstbode aan inplaats van: Mevrouw, daar is de oude Mevrouw -.
Dient de dienstbode de broer van mevrouw Jansen geb. Pietersen of de zuster van meneer Jansen aan, dan zegt zij: Mevrouw, daar is meneer Pietersen - of: Mevrouw, daar is juffrouw Jansen. - Volwassen kinderen des huizes kunnen bij ouders of grootouders worden aangediend als: meneer Jan, Juffrouw Bets enz. zoolang zij ongetrouwd zijn. Is er één dochter getrouwd, dan zegt men de jonge mevrouw, zijn er meerderen getrouwd en is er ook sprake van schoondochters, dan onderscheidt men hen door mevrouw Bets, mevrouw Marie enz. te zeggen.