7088. 1644 oktober 10. Van H. Appelboom.Ga naar voetnoot1
Illustrissime et excellentissime legate, domine observandissime,
Ex hodiernis literis, quas Hamburgo nuntius attulit, de clade Galassii accepimus, quam ipsi intulit illustrissimus Torstensonius ad civitatem Hallensem,Ga naar voetnoot2 ubi ex mutuo certamine victor evasit Torstensonius caeso ac fugato hostis exercitu ereptis 25 tormentis bellicis cum impedimentis et aliis literarum secretis. Uberiorem huius victoriae declarationem ab ipso excellentissimo Torstensonio expecto.
Sequuntur aliae relationes ex Dania, etiam - laus Deo - gratae. Rex enim Daniae eiusque filius, qui magna manu Sconiam intraverantGa naar voetnoot3 et non longe ab obsidione excellentissimi marescalli HorniiGa naar voetnoot4 vallo se muniverant, post variis et levibus congressibus tandem ab excellentissimo Hornio fugati sunt relictis 500 mortuis.Ga naar voetnoot5 Et quidam etiam affirmant ex acceptis literis Lubeca maiorem eandem esse Danorum ruinam, ita ut de toto exercitu desperent. Anceps fuit inter hos proelium, ubi incolumis rex vix elabi potuit. De regia Suedorum classe nihil quod credi possit, auditur.Ga naar voetnoot6 Viginti autem Danicae naves in mare currunt.Ga naar voetnoot7 Poloniae rex legatum, Gyllenstiernium quendam, in Suediam mittit,Ga naar voetnoot8 qui - ex coniectura - illuc mittitur, ut quod est inter eos foedus perpetuum faciat.Ga naar voetnoot9 Scribunt qui-
| |
Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 18 Oct.
|
-
voetnoot1
- Hs. Den Haag, ARA, Eerste afd., coll. Hugo de Groot, aanw. 1911 XXIII no. 15 (1644, 36). Eigenh. oorspr. Antw. op no. 7074, beantw. d. no. 7107.
-
voetnoot2
- De hoofdmacht van veldmaarschalk Lennart Torstensson had in Halberstadt verbinding gekregen met het Zweedse expeditieleger van generaal-majoor Hans Christoph, graaf van Königsmarck. Op de weg van Aschersleben naar Bernburg kregen de Zweden regelmatig de achterhoede van het keizerlijke expeditieleger in het vizier. Niet ver van Halle kwam het op 29 september tot een treffen (Doc. Boh. VII, p. 141 no. 412). De Gazette 1644, no. 130, dd. 22 oktober 1644, publiceerde het nieuws in een bericht uit Erfurt van 1 oktober 1644: ‘Nouvelles arrivent que le Général Galas, après avoir demeuré quelques jours près de Bernbourg sur la Saale, a pris de là sa marche avec son armée vers Wettin sur la mesme rivière; et qu'estant arrivé proche de Hal, le Général Torstenson l'a ataqué si rudement, que ce Général Impérial ne pouvant passer la Saale près ladite ville de Hal, a esté contraint de se retirer le long de cette rivière’.
-
voetnoot3
- Op 6/16 september stak koning Christiaan IV, vergezeld door kroonprins Christiaan (1603-1647), de Sont over. Een leger van 5000 infanteristen en 2500 ruiters stond in Skåne (Schonen) gereed om nieuwe bevelen aan te nemen (Kernkamp, De sleutels van de Sont, p. 102-104 en p. 124, en Kong Christian den Fjerdes egenhændige breve V (1641-1644), p. 495).
-
voetnoot4
- In augustus had de Zweedse veldmaarschalk Gustav Karlsson Horn (1592-1657) de belegering van Malmö ingezet. Het Deense garnizoen hield zich ferm en gaf de hoop op ontzet niet op.
-
voetnoot5
- Het aantal slachtoffers wordt hier overdreven: in een schermutseling die op 14/24 september ten noordoosten van Malmö plaatsvond, schakelden drie compagnieën van de Zweedse generaal-majoor Hans Wachtmeister 130 soldaten van het Deense koninklijke leger uit (Oxenst. Skrifter 2. afd., VIII, p. 169-174).
-
voetnoot6
- In de haven van Kalmar wachtten 32 Zweeds-Hollandse oorlogsbodems op een vertreksein van de Zweedse vlootbevelhebber Karl Gustav Wrangel (Kernkamp, De sleutels van de Sont, p. 106 en p. 312).
-
voetnoot7
- Koning Christiaan IV had het bevel over zijn vloot opgedragen aan Pros Mund († oktober 1644).
Twintig schepen zeilden op 17/27 september de haven van Kopenhagen uit (Kernkamp, De sleutels van de Sont, p. 103-110 en p. 311-312, en Kong Christian den Fjerdes egenhændige breve V (1641-1644), p. 509).
-
voetnoot8
- Sigismund (Zygmunt) Gyllenstierna (Guldenstern), hoofdeling te Sztum (ten zuiden van Malbork), telg uit een Zweedse familie in dienst van Sigismund III, koning van Polen en Zweden, was betrokken bij de voorbereiding van de lutherse bijdrage aan het godsdienstgesprek te Toruń (SBL XVII, p. 589-597, en Jobert, De Luther à Mohila, p. 392). In dit kader had Grotius enkele brieven met hem gewisseld (nos. 6790 en 6919 (dl. XV)).
-
voetnoot9
- Het Zweeds-Pools wapenstilstandsverdrag dat op 2/12 september 1635 te Stuhmsdorf (Sztumska Wieś) was gesloten, zou op 1/11 juli 1661 aflopen (Acta pacis Westphalicae; Instruktionen, p. 259).
-
voetnoot10
- Valdemar Christian (1622-1656), graaf van Sleeswijk-Holstein, natuurlijke zoon van koning Christiaan IV van Denemarken, had de hand gevraagd van Irina, dochter van tsaar Michael Fedorovitsj. Omdat de graaf weigerde het geloof van de bruid aan te nemen, plaatsten de Moskovieten hem onder strenge bewaking. Na de dood van de tsaar, in juli 1645, mocht de ongelukkige eindelijk naar zijn vaderland vertrekken (DBL XV, p. 245-247, en Fridericia, Danmarks ydre politiske historie II, p. 384-386).
-
voetnoot11
- De tolgaarders van Helsingør mochten de Hanzeaten niet langer hinderen in de vaart naar Zweden en de Zweedse Oostzeehavens (Gazette 1644, no. 132, dd. 29 oktober 1644). Eerder, op 4/14 september, had koning Christiaan IV de ingezetenen van de Republiek deze gunst verleend; vgl. no. 7075, en Fridericia, Danmarks ydre politiske historie II, p. 432.
-
voetnoot12
- De thuisreis van twee zonen van de Zweedse rijksraad Per Banér († juli 1644). Eind september hadden zij afscheid van Grotius genomen (no. 7074).
|