Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 15
(1996)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd6680. 1644 januari 30. Aan N. van Reigersberch.Ga naar voetnoot1Mijnheer, Veele discoursen vallen hier over de Sweedschen inval in Holstein ende Jutlant. Den ambassadeur d'Avaux heeft last om aen monsieur de Meules, resident tot Hamburg, te ordonneren dat hij ondertaste de intentie van den coning van Denemarcken, off het sijne Majesteit aengenaem zoude [zijn] dat Vrancrijck zich tot bevrediging moeide,Ga naar voetnoot2 in welcke gevalle een ambassade zoo aen Sweden als aen Denemarck zoude werden geschickt. Hertogh Carel doet zijn best om den pas van Vrancrijck nae de Elsas te beletten; heeft veel gelds becomen uit de landen ontrent Mentz ende Francfort; ende van het bisdom van Trier tachtichduizent rijcxdalers tot afcoop van inquartiering.Ga naar voetnoot3 Den vorst van Beieren continueert in de lichting. Uberlinge werdt gebloqueert ende den baron de Waert heeft een berg daer naebij bezet.Ga naar voetnoot4 | |
[pagina 82]
| |
Den hertogh van Orleans geeft uit zelff te willen gaen nae 't leger in Picardië, met zich nemende drie marescaux de France.Ga naar voetnoot5 Den hertogh van Anguien schijnt dat gaen zal nae den Rijncant. Men zoect noch andere bekenden van den hertogh van Beaufort. Een van de laest gevangen is zoo deerlijck gequetst geweest bij de sargeanten dat hij quaelijck het leven zal connen houden.Ga naar voetnoot6 Tot het regiment van den cardinael Mazarini werden zeventhien compagniën van twintigh gelicht uit Havre de Grace.Ga naar voetnoot7 De compagnie des gens d'armes voor denzelve cardinael is mede compleet, waeruit zijne Eminentie altijd eenige zal nemen tot zijne zeeckerheit. Een vloot werdt gereedgemaect te Toulon.Ga naar voetnoot8 D'Andelot, een van de zoonen van den marescal de Chastillon, heeft in duel gevochten met Chesy ende hem ontwapent.Ga naar voetnoot9 Den andere zoon, genoemt Coligny,Ga naar voetnoot10 is te Dijon; hout zich daer op het casteel. De Sorbonne condemneert het huwelijck van den hertogh van Guise met de gravinne van Bossi.Ga naar voetnoot11 De hertoginne van Bouillon is zonder contentement van het hoff vertrocken.Ga naar voetnoot12 De heer Schomberg comt hier.Ga naar voetnoot13 Vier regimenten gaen nae Poictou om vordere oproerten te beletten, over welcke beroerten een edelman CourvellesGa naar voetnoot14 vannieus gevangen is. Prince Thomas is gelogeert bij de gravinne van Soissons, zijne schoonmoe- | |
der.Ga naar voetnoot15 D'heer de Noyers moeit zich met de fabrycque van den coning; heeft van die zorge de survivance voor zijn zoon becomen,Ga naar voetnoot16 ende hoopt weder te comen in employ. Monsieur de Chavigny hout zich stil.Ga naar voetnoot17 Twee Duinkercksche schepen zijn hier op de custen van Bretagne gestrant. De heer Ranzou heeft een deel van zijn rantzoen betaelt, zoect uitstel voor de reste.Ga naar voetnoot18 De coninginne wil haer niet opentlijck belasten met de lossing, maer zal het hem t'zijner tijd restitueren. Den paus is doot off buiten apparentie van langer te leven.Ga naar voetnoot19 Den nieuwen cardinael Valencé is met zijn volck te Rome om in alle occurrentie de Barbaryns te stijven.Ga naar voetnoot20 De electie van den toecomenden paus zoude wel brouillerie mede connen brengen. Te PeruliGa naar voetnoot21 is de pest groot. 't Gerucht van de revolte van Mexico continueert alhier,Ga naar voetnoot22 hoewel zoo ick meene zonder fondament. Den coninck van Spaignie werdt gezegt door de laeste vloot uit Terra Ferma acht millioenen ontfangen te hebbenGa naar voetnoot23 ende een groot magazijn te maecken tot Fargas.Ga naar voetnoot24 Den graef van Harcourt schijnt niet lang in Engelant te zullen blijven, nochte Milor Goryn alhier.Ga naar voetnoot25 Den coning van Engelant wil een parlement t'Oxford bijeen doen comen om het parlement dat te Londen is onwettelijck te verclaeren.Ga naar voetnoot26 De Schotten zoecken nae Oxfort toe te comen met achtduizent man, laetende vierduizent tot de bewaering der frontieren, zoodat de zaecken daer staen op een slagh.Ga naar voetnoot27 Te Francfort werdt gezegt dat den coning van Polen zal invallen in Lijflant;Ga naar voetnoot28 | |
[pagina 84]
| |
men te Wenen wel genegen is tot een vrede ofte stilstant met Swede ende dat Gallas daertoe radet.Ga naar voetnoot29 Piccolomini gaet nae Nederlant over Italië ende Duitschlant, don Jan d'Austria, zoo men zegt, over zee.Ga naar voetnoot30 30 Ianuarii 1644.
Wij verstaen mede dat den graef van Brouai zich vougt met Hazfeld om Mainunge te belegeren;Ga naar voetnoot31 dat de Beierschen Heiligenberg belegeren. Dat de Portugaisen in Gallicië nae Salvaterre hebben becomen Altamugem, Porto Pedroso, Sampaio, Frexenideo, Clemestideo.Ga naar voetnoot32 Dat zij oock in Castille veele dorpen hebben geruïneert, oock de stadt PaimegoGa naar voetnoot33 ende veele beuit aldaer becomen. Dat de Moren van Maroco die MazaianGa naar voetnoot34 belegerden, een plaets in Af[r]ica bezeten bij de Portugaizen, vandaer zijn afgeslagen. Dat de Toscans hebben becomen Sint Martin de Col bij Perugia.Ga naar voetnoot35 Dat de Fransoisen van Atrecht eenige redoubten hebben becomenGa naar voetnoot36 bij NeuffosséGa naar voetnoot37 op de wegh nae Rijssel ende goeden beu[i]t. | |
In dorso staat in een onbekende hand: Den 30 Januari 1644. |
|