Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 11
(1981)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermdBijlage no. 24 Bij no. 4925
| |
bij de Hessische geen plaetse soude grijpen. De tambour, soo de magistraet deser stadt wegen haerer gevangenen borgers aen den gouverneur tot CalkarGa naar voetnoot8 gesonden, is voor weynich daegen weder ingecomen, ende dat met seer slecht ofte veel meer sonder bescheedt brengende alleen een recipisse terugge, daerin de magistraet aen sijne v. Genade de landgravinGa naar voetnoot9 geweesen wert. Uyt Franckfort van den 5 deses schrijft men, dat de colonnel Rosa hebbende dat stedecken Fridberch met allerhande nootdruft ende sterck garnisoen versien met de rest van zijn volck sich naer Sigenhaim geretireert hadde, als sich te swack bevindende des vijants macht te resisteren. Men wil seggen, dat de directie van de belegeringe aen de heere van GeleenGa naar voetnoot10 soude opgedraegen zijn. De magistraet tot Franckfort bemoyt sich de plaetse neutrael te maecken ende guarnisoen van Ments, Darmstadt ende Franckfort daerin te leggen, 'twelck bij den keysersche ofte Beyersche swaerlijck bij dese coniuncture, daer men niet en weet, waer dat volck onder te brengen, ende men van intentie een deel in de Wetterouw te laeten, 'twelck sonder dat innemen van Fridborch niet wel geschieden can. De jongste brieven uyt Regensporch van den lesten passato brengen anders niet mede [dan] dat zijne keyserlijcke May.t op het schrijven van den eertshertoch Leopold, dae(r)in hij seer bewechelijcke, dat de ordre tot accomodat(ie) van d'armee met de winterquartieringe mogen gegeven werden naer voorgaende comunicatie me(t) de churfürstelijke gesanten, tselve tenee[nen]mael ter disposit(ie) van de rijcxstanden gestelt hadde; soo werd van dae(r) oock geconfirmeert, dat bij sijn keyserlijcke May.t de resolutie genomen was de passeporten voor de gealliërde daer bij de croonen Vranckrijck ende Sweden te laeten depescheren. |
|