Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 9
(1973)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd3442. 1638 februari 4. Van J. de GrootGa naar voetnoot6.Seer Lieve ende waerde zoon ende dochter de Groot, uwer Eed. moederGa naar voetnoot7 ende ick wenschen uwer Eed. met alle de vrunden aldaer alle geluck, gesonthyet ende zalicheyt. Seer Lieve ende waerde zoon ende dochter de Groot, wij sijn ten hoochsten verblijt uyt het schrijven van uwer Eed. zeer Lieve zoon van date den 2e January dezes jaersGa naar voetnoot8 bij mij opten 30e derzelver door uwer Eed. broedersGa naar voetnoot9 ontfangen, te verstaen dat uwer Eed. zeer Lieve ende waerde dochter de Groot met onze zeer Lieve ende waerde nichte Cornelia de Groot hoopt tegen de zoete tijdt over te comen; zullen daertegen sparen het oxhooft france wijn, hetwelck monsieur Tre- | |
sellesGa naar voetnoot1 door uwer Eed. last ons toegesonden heeft, tsamen te veroorbooren; daerentusschen bedancken uwer Eed. ick ende uwer Eed. moeder zeer hoochlick daerover alsoock van de 100 £, dewelcke uwer Eed. moeder door uwer Eed. broeder de Groot doe hebben geleit. Ick meyne in mijn eersten schrijven nae deze uwer Eed. te zullen schrijven van de porceleynen. Hyermede, Seer Lyeve ende waerde zoon ende dochter de Groot, blijft Godt almachtich in genade bevolen, Al uwer Eed. goetgunstige
| |
Metter haest tot Delff, den 4e Febr. 1638 stilo novo. | |
Adres: A Monsieur Mons.r Grotius, Ambassadeur à Paris. In dorso schreef Grotius: 4 Febr. 1638 J. de Groot. En boven aan de brief: Rec. ... febr. |