Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 9
(1973)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd3423. 1638 januari 16. Aan N. van ReigersberchGa naar voetnoot1.Mijnheer, Men is hier vroolijck. Den coningGa naar voetnoot2 heeft dese dagen een ballet gegeven bij mijnheer den cardinaelGa naar voetnoot3. Den hertogh van WymarGa naar voetnoot4 blijft daer hij was in t'bisdom van Basel. Veel van sijn volck verloopt nae Italië op hoope van beter betaeling. Den hertogh van LotheringenGa naar voetnoot5 heeft Champlite weder becomen ende doet zijn volck loopen tot by Dyon. t'Schijnt den vijant nyet en (v)reest, dat hertogh Bernhard den Rhijn sal passeren, alsoo hij oock den principale schants Wittewier genaemt heeft doen te nederwerpen. In t'hoff alhier zijn nieuwe brouilleries ende groote veranderingen soo 't schijnt voorhands. Vrancrijck persisteert van den tytel van keyser aen Ferdinand den Derde nyet te geven voor naerder handeling. Ferdinand wil zijne paspoorten nyet laeten leveren eer dat is geschyet ende weygert paspoort voor de gesanten van de Duytsche princen, gelijck Spaignie voor den Vereenigde Provinciën. Monsieur de FeuquèreGa naar voetnoot6 is bij de hertogh geweest, maer sonder volck. Tegen de voorsomer seggen dese luyden, dat zij wonderlijcke dingen willen doen. Ἀεὶγεωϱγὸς εἰς νέωτα πλούσιοςGa naar voetnoot7. De Engelsche tractaten heb ick gezyen. Vinde nyet, dat dye eenigsins aennemelijck zijn voor Sweden sonder verandering ende bijvouging. Men is hyer zeer vervaert voor den handeling van de graeff CurtzGa naar voetnoot8 ende in hoope vanwegen de aenbyedingen, dye de Tarters doen aen de Sweden. De advysen continueren, dat den TurckGa naar voetnoot9 werck genouch vind met Persen ende Moscouw, ende oversulcx noch op Sevenburgen noch op Hongery noch op Polen en denckt. De Engelsche resident, dye bij de Switsers isGa naar voetnoot10, claeght over de Sweden, alsoff zij alleen verhinderden, dat het verbont met Vrancrijck nyet voort en gaet. Ick heb daerop onderrechtinge gedaen nae behooren. Dye van Venetië hebbende haere saecken wel gestelt met den keyser ende Spaignie menageren met mindering van volck ende van soldye. Den XVI Januarij XVIcXXXVIII. | |
Men is hyer blijde, dat RamsayGa naar voetnoot1 den graeff van HanouGa naar voetnoot2 besloten hout binnen het casteel om nyet apart te handelen. T'gunt Vrancrijck dit jaer aen de Staten geeft is XIIc duysent gulden; des werden de Staten ontlast van 't onderhout van MulaertGa naar voetnoot3 ende WaerdenburghsGa naar voetnoot4 regimenten ende eenige andere costen. Den hertogh van RohanGa naar voetnoot5 gaet nae Venetië met consent van den coning. Soo daer eenige seeckere particulariteyten zijn van het casteel de MinaGa naar voetnoot6 sal blijde zijn daervan kennisse te hebben. UE. gelieve de sorge te nemen van desen ingeslotene brief te bestellen. T'is een VriesGa naar voetnoot7, die tot Rotterdam heeft gewoont ende met mij uit Diepe te Rotterdam is gecomen. Hij heeft zijn schip verloren voor Rochelle, waerom hij aen mij heeft geschreven ende dient dese voor antwoordt.
Men wacht hier seer op de wedercomste van EstradesGa naar voetnoot8 om wat groots tegen den voortijd bij de hant te nemen. | |
Adres: Mijn Heer Mijn Heer Van Reigersberg, raedt in den Hoogen Raede in Hollant In Den Hage. In dorso schreeft Van Reigersberch: Broeder de Groot, den 16 Ianu. 1637 (sic) wt Paris. |
|