Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 4
(1964)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd1712. 1631 december 13. Aan N. van ReigersberchGa naar voetnoot1.Mon frère, Drie van uE. brieven heb ick wel ontfangen, oock het concept, waerop met de weinige, dien ick hierGa naar voetnoot2 sie, gedelibereert hebbende, heb in plaetse van versoeck geraiden gevonden den ingeleiden briefGa naar voetnoot3 te schrijven, die uE. aen Sijn ExtieGa naar voetnoot4 can voorlesen. Uit advysen, die laeter sijn dan d'uwen, verstaen wij, dat men heeft | |
beginnen te besoigneren op de consenten. Apparentelijck sal de vergadering op reces scheiden ende wij dan tijdt te [over] hebben om te letten op vertreck off op blijven. Eenige van de principalen hier van mij spreeckende - sonder te weten, waer ick ben - raiden mij 't lant te vergeten, daer ick soo vilainelijck werde getracteert. Anderen meenen, dat ick een weinigh tijds behoore in te sien. Op de verseeckerheit sullen wij letten sooveel doenlijck sal sijn ende op Godt vertrouwen, bedanckende uE. voor de goede sorge. UE. met mijn broeder de Groot gelieve te overleggen, oft het oorboir sijn sal nu ofte corts nae dese instantie te doen, ten einde den burgemeester HartogsveltGa naar voetnoot1, ofte, soo die swaericheit maect, doctor BontiusGa naar voetnoot2, als mijn oude bekenden, mijne requeste met de bijgaende copyen, extracten ende consultatiën laete sien aen de vroedschap ende soo beide difficulteren, off men hetselve niet en diene, als de vroedschap vergadert, te doen presenteren door een notaris, die mij acte moge geven van de presentatie, om t'avont ofte morgen mij te dienen, als nae rechten. UE. gelieve mijn broeder de Groot te seggen, dat ick wel wilde, mij door eenig goed vrund bestelt werde noch twee hemden, een craegh of twee, drie ende manchetten, oock het paspoort van den coningGa naar voetnoot3, 'twelck alles in mijn coffer is te Delff. 't Can bestelt werden aen D. Vossium ofte aen D. UtenbogardumGa naar voetnoot4 door bekenden. Mijne gebiedenisse aen alle de vrunden, insonderheit aen de heer BeaumontGa naar voetnoot5 ende BasiusGa naar voetnoot6. ForeestGa naar voetnoot7 mocht het wel wat beter maecken. Mij dunct, dat men soo lang den boef speelt, dat men 't in 't laeste werdt. Vale. Den 13 Dec. 1631. UE. dienstwillige broeder
| |
Adres (met andere hand): Mijnheer Reigersberg raedt in den Hoogen Raedt in Hollant In den Hage. port. In dorso met andere hand: Den 13 Dec. 1631. |
|