Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 3

1197. 1627 november 18. Aan N. van Reigersberch².

Mon frère,

Ick soude uytgestelt hebben te schrijven tot morghenavont om te zyen, off ...........

Van 't vertreck van de Engelschen uyt het eylant van Ré heb ick uE. .......... de particulariteyten van dage te dage meerder aen den dagh comen. ................kel met hetgunt ick voor desen³ heb geadviseert. De Engelschen zijn noch ......... het eyland d'Oye, ende werdt aen de coninginne⁴ hyer geschreven, dat de coninc (?) .......... van Rochelle oneens zijnde met de gemeente, haer meesters gemaeckt hebben van ....... met den coning willen handelen. Dit schrijf ick bij provisie bij gelegentheyt van een soldaet, dye uyt Orangie comt ende nu datelijck vertreckt, off hij misschyen eer overquam ........ de broeder door de ordinarisse bode.

Morgen breder. Vaert wel met de vrunden etc.

Den XVIII November XVI^cXXVII.

UE. dyenstwillige
H. de Groot.

2 Hs. U.B. Amsterdam, coll. RK. H9j; beschadigd. Eigenh. oorspr.

3 N^o. 1195.

4 Anna van Oostenrijk, koningin van Frankrijk.

Mons^r. d'Espesse⁵ bij sijn advys seyt te vresen, dat de opening van de licenten en is een inleyding tot een trefves, dye 't landt ten hoochste schadelijck soude zijn. Mij dunckt, dat een goede trefves te wensche waer ende dat Vrancrijck haerselve ende ons goed soude doen met dye te procureren. Waerop ick door last van de coninginne-moeder⁶ nu van nieuws wat bij geschrifte heb gestelt zeer streckende tot voordeel van 't landt, soo 't wilde succederen, maer ick vrese de Spaignaerds te fyer sullen zijn. Pompeio Targone⁷ slaet voor een drijvend fort te maecken in de haven van Rochelle, sal costen 40 duysent croonen, waervan het derde paert hem aengetelt is bij provisie.

5 Zie II, p. 334 n. 3.

6 Maria de Medici.

7 Zie n^o. 1178, p. 176 en n. 2 aldaar.

Adres: Mijnheer Mijnheer Reigersberg, raedt in den Hoogen Raide in Hollant.

In 's Gravenhage.

par amy.