Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 2
(1936)–Hugo de Groot– Auteursrecht onbekend907. 1624 Juni 15. Aan Maria van ReigersberchGa naar voetnoot6.Alderliefste. Ick hoop dat u Godt verleent sal hebben een goede geluckige reyse. Ick ben Godt sy gelooft wel te pas doch wat vercouwen door het missen van een warme byslaep. Pyeter werdt beter ende beter ende houdt goede moet. De Ambassadeurs van ons LandtGa naar voetnoot5 hebben met den Coning gehandelt; sullen hebben 400m croonen tegenwoordigh ende daernae tot een millioen croonen op conditiën - soo VillauclerqGa naar voetnoot7 schrijft - dye schandelick zijn voor Vranckrijck, dat is zeer vordeelich voor ons landt. Ick wil haest nae de particularityten vernemen ende U.E. over te schryven. Deselve Ambassadeurs zijn noch te hooff. Van Mansfeld werd hyer werck gemaeckt. MadameGa naar voetnoot4 is versocht by de Ambassadeurs van Groot-Bretaigne. Als zy by deselve Ambassadeurs gegroet wierd hyel zy goede myne ende reckte haer soe sy best mocht van dat haer cleyne statuyre de [reyen] niet en soude | |
breecken. Sy is seer wel opgebracht ende van goet naturel. De Franchoysen hebben articulen overgelevert op het angaen van het huwelijck, waerop de Engelschen uytstel gesocht hebben om den Coning, dye op de jacht vertrocken was, te spreecken. Middelertijdt hebben zy de articulen nae Engelant gesonden om naerder last. Off de solennizatie hier off in Engelant sal geschieden is disputabel. Eenige meenen dat men het eerst hyer can solennizeren ende daernae in Engelant gelijck genoechsaem geaccordeert was met Spaignie. De Cardinaal de Richelieu toont hem zeer gevouchelijck. De Coninginne-moeder saege haer dochter garen wel besteedt. Op de comste van Monsieur BellièvreGa naar voetnoot1 te hooff zijn alle informatiën tegen den CancelierGa naar voetnoot2 gestaeckt. De Guarde des seauxGa naar voetnoot3 maintineert hem soo hy best can. De marquysGa naar voetnoot4 staet noch vast; sy zijn niet wel te samen, maer men spreeckt hier van een recerche te doen op de rijckdommen van de financiers. Monsieur HesGa naar voetnoot5 is gisteren hyer by my geweest, wenste wel U.E. hyer gevonden te hebben, treckt nae 't Landt om te zien off men daer al rede is om hem aen een goed huwelick te helpen, anders wil hy weder in Vranckrijck comen. De Ambassadeur van DenemarckenGa naar voetnoot6 vertreckt nae Spaignen; ick en heb van hem niet vernomen. 't En schijnt niet dat hy te Parijs sal comen. Hyer is gisteren schyer groote commotie geweest, doordyen de hertogen van Nevers ende Nemours ofte Nemours ende Nevers - opdat ick niemant en prejudicere - in éne parochie gelogeert waren ende elck op de octave van het Sacrament haere toortsen wilden senden door haer pagies en laquayen, pretenderende de voorganck tegen malcanderen. Elck had ettelycke hondert mannen doen wapenen, maer de burgerye is by de magistraet der stadt in wapenen gestelt ende men heeft in dye parochie de processie opgehouden. De Coning heeft haer geschil gestelt aen het Parlement. Hyernae heb ick verstaen dat Mansfeld den Coning gezien heeft, waerom de nuntius van de PausGa naar voetnoot7 zeer te onvrede is, ende seyt aen den Coning dat men het bloed van de Catholycken in Duytschland wil ten huwelijck geven met des Conincx suster. Tegen den CancelierGa naar voetnoot2 is weer nieuwe last gecomen om vorder te informeren. De Engelsche Ambassadeurs hebben eenig geldt ontfangen uyt Engelant om aen Mansfeldt te geven. Gisteren kregen tyding dat van het geldt, dat onse Ambassadeurs contant soude ontfangen, te weten 400m croonen, het derde reeds wordt afgetrocken. Sy werden hier verwacht. De hertoch van Beyeren doet moeyte om hyer faveur te vinden door recommandatie van den Paus; maer men houdt hyer noch alles op totdat het huwelick sal sijn gesloten, daer alle de werelt zeer nae verlangt. De Ambassadeur van DenemarckenGa naar voetnoot6 heeft den Coning hyer groot contentement gegeven ende in zyne discretie gestelt ofte hy voort soude gaen nae Spaignien ofte niet. Dit zijn de tydinge voor desen tijdt. Excuseert my aen broeder Campe ende Mr. Nicolaes en doet myne gebyedenisse aen deselve, oock de andere broeders, waerde susters ende vrunden. Ick beveel u ende de broeders in Gods bewaring. Den XV Juny XVIcXXIIII tot Parys. U.E. altijd getrouwe
| |
Adres: Eerbaere deugdsame Juffrou Juffrou Maria Reigersbergh huisvrouw van mijn heer Hugo de Groot tot Middelburgh. In dorso schreef Reigersberch: broeder de Groot den 15 Juni 1624 tot Paris. |
|